De Gentse Plantentuin bestaat reeds meer dan 200 jaar
Ik kan me niet herinneren dat ik er ooit rond liep
en dus nodigde ik er eentje uit om me te vergezellen naar daar Sinds 1902 is de Plantentuin van de Universiteit Gent
ingericht aan de rand van het Citadelpark.
Op een oppervlakte van 2,75 ha, waarvan 4.000 m² serres,
zijn maar liefst 10 000 plantensoorten samengebracht.
Maar we gaan eerst even terug in de tijd
19 juli 1797: de eerste kruidtuin opent de deuren in de Baudeloo-abdij
De originele tuin was ingedeeld in 4 secties: een systematisch deel, een Engelse landschapstuin,
een sectie met groenblijvende bomen en een orangerie met serres.
Mammoetboom
Later werden ook secties met fruitbomen, heideplanten,
een vijver en een waterbassin toegevoegd.
1804: de Plantentuin wordt overgedragen aan de stad Gent
die ook voor het onderhoud moest instaan.
De tuin herbergde op dat ogenblik een belangrijke plantencollectieen bleef ook didactisch zeer waardevol.
Er werden onder meer gratis openbare lessen plantkunde gegeven.
links: Eucomis autumnalis - Hyacinthaceae - rechts: Kretenziche dadelpalm
Tweede helft van de negentiende eeuw: de tuin is te klein geworden
1903: voltooiing van de verhuis van de Plantentuinnaar de rand van het toen pas aangelegde Citadelpark
De Plantentuin omvatte naast de buitentuin een Victoriaserre,
een palmenserre, een proefkas en een orangerie.
1931-1932: nieuwe serres worden gebouwd
want de broei-en kweekkassen uit het begin van de 20ste eeuw zijn te klein geworden
Begin jaren ’50: een rotstuin wordt ingericht met fondsen van het Marshall-plan.
De bouw van het Hoger Instituut der Kandidaturen Wetenschappen (H.I.K.W.) in de jaren ’60
was bepalend voor het huidige uitzicht van de tuin.
1971-1972: het huidige kassencomplex met de drie grote publiekskassen wordt gebouwd.
Vanaf 1977: de systematische tuin wordt aangelegd en in 2012 heraangelegd.
Zandkers - Prunus pumila - Rozenfamilie
In volgend postje maken we verder kennis
info: Viane, R. en Van den heede, C., red. (2000). 200 jaar Plantentuin Gent. Universitaire Plantentuin Gent, 237 p.
