opzitten werkw. Uitspraak: [ 'ɔpsɪtə(n) ] Afbreekpatroon: op·zit·ten Vervoegingen: zat op (volt.deelw.) Vervoegingen: heeft opgezeten (volt.deelw.) 1) (van honden) op de achterpoten zitten Voorbeeld: 'Als ik met mijn vingers knip, dan weet mijn hond dat hij moet opzitten.' opzitten en pootjes geven (met een bepaalde bedoeling z... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/opzitten
met de voorpoten voor de borst zitten vb: onze hond kan mooi opzitten opzitten en pootjes geven [tegen je zin beleefd doen] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=opzitten