oprecht bijv.naamw. Uitspraak: [ ɔpˈrɛxt ] Afbreekpatroon: op·recht zonder andere bedoelingen dan je laat merken Voorbeeld: 'Hij was oprecht verbaasd toen ze zei dat ze graag met hem mee wilde.' Synoniem: eerlijk Synoniemen: echt eenvoudig eerlijk fideel gul menens onbewimpeld ongeveinsd onomwonden onverbloemd onverholen open openhartig... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/oprecht
wie de waarheid spreekt en niet bedriegt vb: hij was oprecht toen hij zei dat hij het niet gedaan had oprecht verontwaardigd zijn [heel erg] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=oprecht