degene pronoun Uitspraak: [ dəˈgenə ] Afbreekpatroon: de·ge·ne de persoon Voorbeelden: 'Degene bij wie je moet zijn loopt net het kantoor uit.' , 'John is degene die vandaag op de kinderen past.' Synoniemen: die diegene 4 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/degene
1) Aankondigend voornaamwoord 2) Aanwijzend voornaamwoord 3) Bepalingaankondigend 4) Bepalingaankondigend voornaamwoord 5) De betreffende persoon 6) De persoon 7) De persoon die 8) Degeen 9) Diegene 10) Hij 11) Hij die 12) Voornaamwoord Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Degene/1