bruikleen zelfst.naamw. Uitspraak: [ 'brœyklen ] Afbreekpatroon: bruik·leen (iets) in bruikleen hebben ((iets) in bezit hebben zonder dat het je eigendom is) 'De universiteit heeft de etnografische collectie in permanente bruikleen aan het museum gegeven.' Synoniemen: leen 4 definities...
1) Commodaat 2) Commodatum 3) Consignatie 4) Leen 1) Commodaat 2) Lening tot tijdelijk gebruik 3) Tijdelijk bezit 4) Tijdelijk gebruiken 
lening voor tijdelijk gebruik (toon de herkomst via de etymologiebank)
lening voor tijdelijk gebruik
het geleend hebben om het te gebruiken
Overeenkomst waarbij de ene partij zich aan de andere een zaak om niet ten gebruike geeft, onder voorwaarde van teruggave van dezelfde zaak.