I de trouw

zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak:  [trɑu]

eigenschap dat je iemand of iets altijd steunt en hem of haar niet alleen laat
Voorbeelden:  `eeuwige trouw beloven`,
`hondentrouw`
Antoniem:  ontrouw
Synoniem:  loyaliteit
te goeder trouw  (met goede bedoelingen, oprecht)
te kwader trouw  (met slechte bedoelingen, oneerlijk)


II trouw

bijv.naamw.
Uitspraak:  [trɑu]

je houdend aan wat je ooit afgesproken hebt of als vaste gewoonte hebt aangenomen
Voorbeelden:  `iemand trouw dienen`,
`de trouwe luisteraars van ons programma`,
`trouw aan je principes`
Antoniem:  ontrouw
Synoniem:  loyaal

© Kernerman Dictionaries.

Synoniemen
bestendig   devotie   echt   genegenheid   getrouw   getrouwheid   ijver   inzet   loyaal   loyaliteit   onveranderlijk   overgave   toegewijdheid   toewijding   trouwhartigheid   zorgzaamheid   ontrouw (antoniem)   

Spreekwoorden en zegswijzen
• te kwader trouw (=onbetrouwbaar, oneerlijk handelend)
• te goeder trouw (=naar beste weten en eerlijk handelend)
• met de linkerhand trouwen (=huwen met een vrouw van lagere adelstand)
• iemand van kwade trouw verdenken (=verdenken dat iemand bedriegt)
• hou en trouw (beloven) (=elkaar overal (zullen) helpen)
Toon alle 7 spreekwoorden die trouw bevatten

Intensiveringen
Hoe kun je trouw krachtiger uitdrukken?
hondstrouw; trouw als een hond;

11 definities op Encyclo
  • •niet weggaan.
  • het doen wat je beloofd hebt vb: hij neemt het niet zo nauw met de huwelijkstrouw trouw zijn aan de wet [je altijd aan de wet houden] te goeder trouw zijn [eerlijk en opr...
  • [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Trouw``] (Orde der) Oorspronkelijk ordre de la fidélité, Badensche ridderorde in 1715 door den markgraaf Karel Wilhelm van Baden-...
  • [media] In 1943 voor het eerst illegaal verschenen als verzetskrant in gereformeerde kring. Door redacteuren van Vrij Nederland, onder anderen door Gezina van der Molen, ...
  • [verzetsblad] - Trouw was een Nederlandse verzetskrant die vanaf begin 1943 verscheen tijdens de Duitse bezetting van Nederland. De krant werd landelijk verspreid en wer...
  • Toon uitgebreidere definities

    Deze woorden beginnen met trouw:
    trouw introuw plechtigheidtrouw pranter trouwaktetrouwambtenaartrouwautotrouwbaartrouwbaretrouwboektrouwboekjetrouwbreuktrouwceremonietrouwdtrouwdagtrouwdagentrouwdagfeesttrouwdetrouwdentrouwdichttrouwe
    Toon alle woorden die beginnen met trouw

    Deze woorden eindigen op trouw:
    pichtsgetrouwbetrouwgetrouwgezagsgetrouwhertrouwintrouwmannentrouwmistrouwondertrouwontrouwplichtsgetrouwtekstgetrouwtoevertrouwvertrouwwaarheidsgetrouwwantrouwtraditiegetrouwnatuurgetrouwte goeder trouwtherapietrouw
    Toon alle woorden die eindigen op trouw

    Herkomst volgens etymologiebank.nl
    trouw (loyaliteit ; standvastig, loyaal)

    Taaladvies
    Hoe schrijf je de naam van een krantoftijdschrift, klein, of met een hoofdletter? Zie de Volkskrant / de volkskrant

    Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
    Is het 'de trouw' of 'het trouw'?
    Het is 'de trouw', want trouw is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die trouw'.
    Wat betekent trouw?
    'eigenschap dat je iemand of iets altijd steunt en hem of haar niet alleen laat'
    Hoe spel je trouw?
    trouw spel je T R O U W
    Wat is een ander woord voor trouw?
    Andere woorden voor trouw zijn bestendig, devotie, echt, genegenheid, getrouw, getrouwheid, ijver, inzet, loyaal, loyaliteit, onveranderlijk, overgave, toegewijdheid, toewijding, trouwhartigheid en zorgzaamheid.
    Wat is het tegenovergestelde van trouw?
    Een antoniem van trouw is ontrouw.

    Op andere websites
    Zoek trouw op Woordenlijst.org
    Zoek trouw op Google
    Zoek trouw op Wikipedia