GF5 PP 3
GF5 PP 3
GF5 PP 3
1. empirie: verificatie
• betekenis van p is methode van zijn verificatie → metafysica-kritiek
2. niet-empirie (wiskunde, logica): analytisch
• onderscheid analytisch/synthetisch (scheiding filosofie en wetenschap)
• ‘If we take in our hand any volume; of divinity or school metaphysics, for instance; let us ask,
Does it contain any abstract reasoning concerning quantity or number? No. Does it contain
any experimental reasoning concerning matter of fact and existence? No. Commit it then to
the flames: for it can contain nothing but sophistry and illusion’ (Enquiry concerning Human
Understanding XII)
• ‘the statement of the conditions under which a proposition is true is the same as the
statement of its meaning’ (Schlick)
• ‘betekenis van een bewering is de methode van zijn verificatie’
• ‘The Vienna Circle tended to ignore this difficulty: but it seems to me fairly clear that
what they were in fact doing was to adopt the verification principle as a convention.
They were propounding a definition of meaning which accorded with common usage in
the sense that it set out the conditions that are in fact satisfied by statements which are
regarded as empirically informative... To this extent their work was descriptive; it
became prescriptive with the suggestion that only statements of these two kinds [i.e.
empirical and logical statements] should be regarded as either true or false, and that
only statements which were capable of being either true or false should be regarded as
literally meaningful. But why should this prescription be accepted?’ (A. J. Ayer)
(iii) betekenis = methode van verificatie
• neem: p
• Is p betekenisvol?
• om p te kunnen verifieren moet je weten wat p betekent
• veronderstelt dat betekenis van p gekend kan worden onafhankelijk van zijn
verificatiecondities
• maar het principe zegt: betekenis is methode van verificatie!
2. onderscheid analytisch/synthetisch
Cruciaal onderscheid voor Logisch Positivisme
• daarom kunnen we noodzakelijke waarheden a priori kennen – nl. op basis van kennis
van betekenis (bijv. van ‘bachelor’)
Quine’s kritiek op anal./synth.
Quine’s “naturalized epistemology”
• ‘But why all this creative reconstruction, all this make-believe? The stimulation of his
sensory receptors is all the evidence anybody has had to go on, ultimately, in arriving at
his picture of the world. Why not just see how this construction really proceeds? Why
not settle for psychology?’
• ‘how evidence relates to theory, and in what ways one’s theory of the external world
transcends any available evidence’
• ‘how someone posits bodies and projects his physics from his data’
• we doen allemaal aan ‘theorievorming’: stimulus → postuleren van objecten (= theorie)
Quine’s holisme
Geen speciale set van analytische uitspraken die altijd waar zijn ‘come
what may’
• ‘any statement can be held true come what may, if we make drastic enough
adjustments elsewhere in the system ... [N]o statement is immune to revision’
(ii) zinnen onderdeel ‘web of beliefs’; geen waarheidsbepaling van losse zinnen
mogelijk zonder gehele web te beschouwen
• “temp. = 40 graden” veronderstelt heel web (bijv. over thermometer)
Stap 1: notie van betekenis obscuur
(2) → (1) door vervanging van ‘bachelor’ door zijn synoniem, ‘unmarried’
• maar dan moet je (lexicograaf) al een idee hebben van wat doorgaans voor
synoniem wordt gehouden!
Stap 4: interchangeability
2 woorden synoniem indien zij inwisselbaar zijn in alle contexten zonder
verandering in waarheidswaarde
Quine: nee, want ‘our statements about the external world face the tribunal
of sense experience not individually but only as a corporate body’ (holisme)
Dogma van reductionisme ‘at root identical’ met dogma van anal./synth.
Waarom?
De samenhang van de twee dogma’s
Losse synth. statement toetsen aan de ervaring → grensgeval (anal.) die ongeacht toetsing
aan de empirie (‘come what may’) waar is
Dus het onderscheid veronderstelt een klasse van beweringen (nl. anal.) ‘where the
linguistic component is all that matters, a true statement is analytic’ – maar dit verwerpt
Quine:
• ‘it is nonsense, to speak of a linguistic component and a factual component in the truth
of any individual statement. Taken collectively, science has its double dependence on
language and experience; but this duality is not significantly traceable into statements of
science taken one by one (...) The unit of empirical significance is the whole of science
Betekenis (verificatie) van bijv. electron, massa, snelheid etc. hangt af
van de theorie, web of beliefs
• ‘Our statements about the external world face the tribunal of sense
experience not individually but only as a corporate body’ – ‘the unit of
empirical significance’ is niets minder dan de gehele wetenschap
• wetenschap 1 geheel
• centrum: wetten logica, fysica
• periferie: simpele waarheden
• maar gradueel; geen enkele uitspraak immuun voor revisie
• geen aparte klasse van anal. uitspraken
• ook logische wetten reviseerbaar bijv. om consistent te zijn met nieuwe ontwikkelingen in
quantumfysica
• synon. in termen van (observeerbaar) gedrag als reactie op verbale input etc.
• afwijzing van betekenis als interne, mentale toestanden of als abstracte,
Platoonse entiteiten
• Quine’s holisme: geen term-voor-term vertaling mogelijk; linguïstische
betekenis is een functie van een bepaald systeem (deel van ‘corporate body
of science’), niet van diens linguïstische eenheden
• indeterminacy of translation: afwijzing van idee dat er een unieke, juiste vertaling kan
zijn van een woord in andere taal
Kritiek op Quine
Quine zeer invloedrijk, maar ook veel en verschillende soorten kritiek
• ‘it would seem that Quine requires of a satisfactory explanation of an expression that it
should take the form of a pretty strict definition but should not make use of any member
of a group of interdefinable terms to which the expression belongs. We may well begin
to feel that a satisfactory explanation is hard to come by’
• ‘It would seem fairly clearly unreasonable to insist in general that the availability of a
satisfactory explanation in the sense sketched above is a necessary condition of an
expression's making sense. It is perhaps dubious whether any such explanations can ever
be given. (The hope that they can be is, or was, the hope of reductive analysis in
general.)’
‘One might think, for example, of the group of expressions which includes
"morally wrong," "blameworthy," "breach of moral rules," etc.; or of the group
which includes the propositional connectives and the words "true" and "false,'
"statement," "fact,' "denial,' 'assertion." Few people would want to say that the
expressions belonging to either of these groups were senseless on the ground
that they have not been formally defined (or even on the ground that it was
impossible formally to define them) except in terms of members of the same
group’.