Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
Jaarwoordgenerator
Vul hier een jaartal in (vanaf 1800) en ontdek welke woorden er in dat jaar aan het Nederlands werden toegevoegd.
|
pendelen - (heen en weer reizen tussen woon- en werkplaats)Etymologische (standaard)werken
J. de Vries (1971), Nederlands Etymologisch Woordenboek, Leidenpendelen ww. ‘geregeld heen en weer reizen tussen twee plaatsen’ (vgl. pendelaar ‘werknemer die tussen woon- en werkplaats heen en weer reist’) < nhd. pendeln eig. ‘als een slinger heen en weer gaan’. Dialectwoordenboeken en woordenboeken van variëteiten van het Nederlands
G.J. van Wyk (2003), Etimologiewoordeboek van Afrikaans, Stellenboschpendel ww. Thematische woordenboeken
S. Theissen (1978), Germanismen in het Nederlands, Hasseltpendeldienst, pendelverkeer, pendelen Pendeldienst (‘op- en afgaande dienst op een spoorweglijn’) en pendelverkeer zijn in de jaren ’30 het Nederlands binnengedrongen. Vanaf de jaren ’40 vindt men ze in de woordenboeken. In de jaren ’50 hebben ze zoveel terrein gewonnen, dat ze ook officieel gebruikt worden, bijv. door het Nederlandse Ministerie van Wederopbouw (zie Koenen). Vanaf de jaren ’60 zijn ze geheel ingeburgerd, al beschouwt Van Dale pendeldienst nog steeds als een germanisme. Pendelen (‘heen en weer reizen tussen woon- en werkplaats’) schijnt pas sinds het eind van de jaren ’50 voor te komen. Ook dit woord is nu ingeburgerd, al wordt het nog niet in alle woordenboeken vermeld. Uitleenwoordenboeken
N. van der Sijs (2010), Nederlandse woorden wereldwijd, Den Haag; met aanvullingen uit Uitleenwoordenbank 2015pendel(en) ‘heen en weer reizen tussen woon- en werkplaats’ -> Indonesisch péndel ‘heen en weer reizen’. Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |