Meehelpen? Ga naar etymologieWiki

 

Jaarwoordgenerator
Vul hier een jaartal in (vanaf 1800) en ontdek welke woorden er in dat jaar aan het Nederlands werden toegevoegd.

 

overigens - (trouwens, voor het overige)

Etymologische (standaard)werken

M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, Amsterdam

overigens bw. ‘trouwens, voor het overige’
Vnnl. overigens ‘voor het overige’ in de helft ... is weghgenomen en overigens gansch verwerpelyck is gemaekt ‘de helft (van de pijpen van een bepaald orgelregister) is verwijderd en de overige zijn geheel ongeschikt gemaakt’ [ca. 1600; iWNT verwerpelijk]; vnnl. overigens ‘trouwens’ in Overigens werkt het voorbeeld des Konings op alle standen der societeit [1800; iWNT werken I].
Wrsch. een omzetting van Duits übrigens ‘terloops gezegd, bovendien’ [eind 17e eeuw; Pfeifer] (NEW, EDale), dat is afgeleid van über ‘over’, zie → over, met een naamvalsuitgang (zoals bijv. in im übrigen ‘voor het overige, overigens’) en een bijwoordelijke -s. Deze uitgang komt ook in andere Duitse bijwoorden voor, bijv. erstens ‘ten eerste’, rechtens ‘overeenkomstig het recht’, en zie → namens.
Opvallend is wel dat het Duitse woord een eeuw later is geattesteerd dan het Nederlandse. Zelfstandige afleiding in het Nederlands lijkt echter toch onwaarschijnlijk: overigens zou afgeleid moeten zijn van overig ‘nog aanwezig’ of van het zelfstandig gebruikte overige zoals in voor het overige ‘overigens’. Maar in beide gevallen is de uitgang moeilijk te verklaren: Nederlandse bijwoorden op -ens zijn in de meeste gevallen ontleend aan het Duits (bijv. eerstens, rechtens), of anders afgeleid met bijwoordelijke → -s bij een grondwoord op -en, bijv. willens en wetens, of → trouwens bij het verouderde bijwoord trouwen ‘voorwaar, inderdaad’. Mogelijk hebben overigens en trouwens elkaar in vorm en betekenis wederzijds beïnvloed.

P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpen

overigens [voor het overige] {1735} < hoogduits übrigens.

J. de Vries (1971), Nederlands Etymologisch Woordenboek, Leiden

overigens bijw., sedert 1787 < nhd. übrigens.

N. van Wijk (1936 [1912]), Franck's Etymologisch woordenboek der Nederlandsche taal, 2e druk, Den Haag

overigens bijw. Sedert de 19. eeuw. Naar hd. übrigens.

J. Vercoullie (1925), Beknopt etymologisch woordenboek der Nederlandsche taal, Den Haag / Gent

overig, overigens bijw., naar 't model van Hgd. übrig, übrigens, een afleid. van über = over.

Dialectwoordenboeken en woordenboeken van variëteiten van het Nederlands

G.J. van Wyk (2003), Etimologiewoordeboek van Afrikaans, Stellenbosch

origens bw.
Vir die orige, wat die res betref.
Uit Ndl. overigens (1735). Die WNT meen dat Ndl. overigens eers in die 19de eeu in navolging van D. übrigens in gebruik gekom het, en die oudste sitaat wat daarin aangebied word, dateer uit 1844. Scholtz (1972: 153) gee egter 'n aanhaling uit 'n Ndl. bron van 1787, en uit Kaapse bronne van 1735, 1771 en 1776. Hoewel die sitaat van 1735 uit 'n stuk van 'n D. stamvader kom, lyk dit vir hom of overigens toe al in Ndl. in gebruik was.

S.P.E. Boshoff en G.S. Nienaber (1967), Afrikaanse etimologieë, Die Suid-Afrikaanse Akademie vir Wetenskap en Kuns

origens: – owerigens – , “verder”; Ndl. overigens (sedert 19e eeu) na d. vb. v. Hd. übrigens (v. übrig uit über na d. vb. v. erstens).

Thematische woordenboeken

N. van der Sijs (2005), Groot Leenwoordenboek

overigens (Duits übrigens)

M. Siegenbeek (1847), Lijst van woorden en uitdrukkingen met het Nederlandsch taaleigen strijdende, Leiden

overigens, in navolging van het Hoogduitsche übrigens, behoort tot die woorden, welke uit het taalgebruik onzer naburen zoo algemeen in het onze zijn doorgedrongen, dat de verbanning hoogst moeijelijk zal vallen. Ik zie echter geene reden, waarom het boven het vroeger gebruikelijke zeggen voor ’t overige de voorkeur zou verdienen. De aanwinst toch van kortheid is zoo gering, dat zij naauwelijks in aanmerking mag komen.

Dateringen of neologismen

N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdam

overigens bijwoord van modaliteit: voor het overige 1735 [Claes] <Duits

Overige werken

Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)

Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW.

Hosted by Instituut voor de Nederlandse Taal