uitgeven werkw. Uitspraak: [ ˈœytxevə(n) ] Afbreekpatroon: uit·ge·ven Vervoegingen: gaf uit (verl.tijd ) Vervoegingen: heeft uitgegeven (volt.deelw.) 1) geld besteden Voorbeeld: 'veel uitgeven aan kleren' 2) boeken of tijdschriften drukken en verkopen Voorbeeld: 'woordenboeken uitgeven' Synoniem: publiceren ...
1) Bekostigen 2) Besteden 3) Betalen 4) Depenseren 5) Editeren 6) Emitteren 7) Lanceren 8) Opmaken 9) Publiceren 10) Redigeren 11) Ronddelen 12) Spanderen 13) Spenderen 14) Tonen 15) Uitbrengen 16) Uitdelen 17) Verspreiden 18) Verstrekken 19) Verteren 20) Voordoen 1) Bepalen 2) Besteden 3) Betalen 4) Bewerken 5) Drukken 6) Editeren 7) Emitteren 8) Geld opmaken 9) Lanceren 10) Laten doorgaan 11) Opmaken 12) Publiceren 13) Spanderen 14) Spenderen 15) Uitbrengen 16) Uitdelen 17) Verkondigen 18) Verteren 19) Voordoen 
publiceren (toon de herkomst via de etymologiebank)
Het selecteren en in een bepaalde volgorde plaatsen van aanwezige karweien over verschillende werkstations of werkplekken.
het ervoor gebruiken vb: ik heb altijd veel geld aan boeken uitgegeven Synoniemen: besteden investeren
•"geld ~": financiële middelen aanspreken •een geschrift in drukvorm verspreiden.
publiceren
1.verkondigen, beweren (VD 3, Te) Voorbeeld: ‘Nu nog wist hij niet duidelijk te zeggen: (...) of het kwaad werkelijk in hem stak, - hij ermede geboren was, ofwel Theresia's schuld, door hem, met haar scherpe stem te treiteren, hem uit te geven voor slechterik die 't verdiende van God gestraft te worden?...’ 2.afgeven, van zich doen uitg...
publiceren
Uit `De lagere vaktalen: Diamantbewerking` 1914 werk aan den werkman geven.