rafel zelfst.naamw. (de) Afbreekpatroon: ra·fel Verbuigingen: rafels (meerv.) Verbuigingen: rafeltje (verkleinwoord) een losgeraakte draad van een weefsel Voorbeeld: 'Die broek is zó versleten dat de rafels eraan hangen.' . Synoniemen: flard 4 definities...
1) Dobbelspel 2) Fazel 3) Flard 4) Geloste draad 5) Losgeraakt deeltje 6) Losgeraakt draaddeeltje 7) Losgeraakte draad 8) Loshangende draad 9) Loshangende naad 10) Losse draad 11) Losse draad aan weefsel 12) Losse naad 13) Losse weefseldraad 14) Pluis 15) Rafeling 16) Refel 17) Spel met drie dobbelstenen 1) Dobbelspel 2) Flard 3) Fnazel 4) Sliert 5) Tarn 6) Torn 7) Weefseldraad 
dobbelspel (toon de herkomst via de etymologiebank)
•een losgeraakte draad van een weefsel.
losgeraakt stuk draad
draad
Garen dat opzettelijk uit een afgewerkte stof wordt gehaald met als doel het opnieuw te gebruiken.