overtuigd bijv.naamw. Uitspraak: [ ovər'tœyxt ] Afbreekpatroon: over·tuigd met veel zekerheid en hartstocht Voorbeelden: 'Tot zijn achttiende was hij een overtuigd christen.' , 'een overtuigd aanhanger van de multiculturele samenleving' Synoniem: fervent overtuigd zijn van (zeker weten) 'Ik was ervan overtuigd dat ze Frans sprak, maar da... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/overtuigd