de/het issue zelfst.naamw. Uitspraak: [ 'ɪʃu ] Afbreekpatroon: is·sue Verbuigingen: issues (meerv.) kwestie Voorbeeld: 'De issue bestaat eruit dat de weergave niet goed is.' geen issue (niet belangrijk) 'Roken is voor mij helemaal geen issue.' non-issue (probleem dat in feite niet bestaat) 'Cybercrime wordt ten onrechte als non-issue gez... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/issue