de generalist zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ xenəra'lɪst ] Afbreekpatroon: ge·ne·ra·list Verbuigingen: generalisten (meerv.) de generalist - e zelfst.naamw. Uitspraak: [ xenəra'lɪst - ə ] Afbreekpatroon: ge·ne·ra·list Verbuigingen: generalisten (meerv.) iemand die veelzijdig is op zijn vakgebied maar geen specialist is Voorbeeld...
1) Huisarts 
niet-specialist (toon de herkomst via de etymologiebank)
Iemand die niet werkzaam is in een specialisme, maar die zich meer op de hoofdlijnen richt.
•iemand die zich bezig houdt met de hoofdlijnen. (+audio)
niet-specialist
Vlaams voor het Nederlandse woord ` huisarts`