doorsturen werkw. Uitspraak: [ 'dorstyrə(n) ] Afbreekpatroon: door·stu·ren Vervoegingen: stuurde door (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft doorgestuurd (volt.deelw.) verder sturen naar iets of iemand anders Voorbeelden: 'De huisarts heeft mij doorgestuurd naar de specialist.' , 'brieven doorsturen naar een nieuw huisadres' Synoniemen:... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/doorsturen