de dolfijn zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ dɔlˈfɛin ] Afbreekpatroon: dol·fijn Verbuigingen: dolfijnen (meerv.) zoogdier dat in het water leeft en mooi kan springen Voorbeeld: 'naar een dolfinarium gaan om naar de show van de dolfijnen te kijken' Synoniemen: bruinvis tuimelaar 8 definities...
1) Amazonedolfijn 2) Beloega 3) Boto 4) Botskop 5) Brakwaterdolfijn 6) Bruinvis 7) Butskop 8) Delphinus 9) Dwerggriend 10) Flipper 11) Gramper 12) Griend 13) Grind 14) Grindewal 15) Kortsnuitdolfijn 16) Langsnaveldolfijn 17) Layarddolfijn 18) Narwal 19) Noordkaper 20) Orinocodolfijn 21) Ork 22) Orka 1) Bruinvis 2) Elleboog aan een afvoerpijp (Zuidnederlands) 3) Griend 4) Grindewal 5) Potskop 6) Slaapt met één oog open 7) Slim dier 8) Sterrenbeeld 9) Tandwalvis 10) Tuimelaar 11) Vis 12) Walvis 13) Walvisachtig dier 14) Walvisachtig zoogdier 15) Walvisachtige 16) Walvisachtige vis 17) Waterblazer 
walvisachtig zoogdier Delphinus (toon de herkomst via de etymologiebank)
zoogdier dat in zee leeft en uit het water kan opspringen vb: de dolfijn sprong door een hoepel
• [dierkunde] walvisachtig zoogdier, slank met zeer gladde huid, een horizontaal
walvisachtige
[tradities] In de antieke oudheid symbool van de wijsheid en levenskracht van de natuur. Goden droeg hij op zijn rug. Ook gezien als mensenredder, omdat hij drenkelingen op zijn rug liet meevaren. Werd daardoor later ook symbool van Christus als Verlosser. Drie dolfijnen betekenen de drie-eenheid van Vader, Zoon en Heilige G...
walvisachtige
Let op: Spelling van 1914 Zie CORYPHAENA.