coördineren werkw. Uitspraak: [ koɔrdiˈnerə(n) ] Afbreekpatroon: co·or·di·ne·ren Vervoegingen: coördineerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gecoördineerd (volt.deelw.) (mensen en taken) zo organiseren dat alles goed loopt Voorbeeld: 'het buurtwerk coördineren' 7 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/coördineren
Met elkaar in overeenstemming brengen, zorgen dat verschillende werkzaamheden door verschillende personen gedaan, toch onderling met elkaar kloppen. Gevonden op http://www.geschiedenisdc.nl/index.php/10-begrippen