de bruiloft zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ ˈbrœylɔft ] Afbreekpatroon: brui·loft Verbuigingen: bruiloften (meerv.) feest op een trouwdag zilveren bruiloft (feest als een bruidspaar 25 jaar getrouwd is) gouden bruiloft (feest als een bruidspaar 50 jaar getrouwd is) Synoniemen: huwelijk huwelijksinzegening trouwerij trouwplechtigheid ...
1) Deel van een huwelijksdag 2) Echtvereniging 3) Feest 4) Feest van een huwelijk 5) Feestelijk gebeuren 6) Huwelijk 7) Huwelijksfeest 8) Huwelijksinzegening 9) Huwelijksvoltrekking 10) Trouwerij 11) Trouwfeest 12) Trouwpartij 13) Trouwplechtigheid 1) Echtvereniging 2) Huwelijk 3) Huwelijksfeest 4) Huwelijksinzegening 5) Trouwen 6) Trouwerij 7) Trouwfeest 8) Trouwpartij 9) Trouwplechtigheid 
Een bruiloft is het feest dat gevierd wordt wanneer twee mensen met elkaar gaan trouwen. In de oude culturen had de 'heilige bruiloft', hieros gamos in het Grieks, een symbolische waarde. Voorafgaand aan de bruiloft wordt het burgerlijk huwelijk voltrokken op een door de gemeente goedgekeurde locatie. Wanneer het echtpaar gelovig is kiest men voor ...
huwelijksfeest (toon de herkomst via de etymologiebank)
•feestelijke gelegenheid waarbij twee personen in de echt verenigd worden.
trouwfeest
trouwfeest
Hier opgevat als boerenbruiloft, ook brulfte of wasschup geheten. Een aantal gebruiken rond een huwelijk zijn in de loop der tijd verdwenen.