Spreekwoorden: (1914) Boterbriefje. Onder het boterbriefje verstaat men in den volksmond de trouwakte, het familieboekje (zie o.a. Falkl. VI, 180); vandaar getrouwd zijn zonder boterbriefje, in concubinaat leven, hokken. Het is eene schertsende benaming voor zekere aflaatbrieven, die vergunning gaven om in de vastendagen ... Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10778