Deze pagina geeft een overzicht van alle uitgelichte artikels en/of afbeeldingen op het portaal Den Haag. Voor elke dag van de maand is er zo'n artikel en/of afbeelding. Voel u vrij om deze te bewerken door de bijhorende bewerk-link te volgen.
De Hoftoren is ontworpen door architectenbureau Kohn Pedersen Fox Associates (KPF) in New York, en gebouwd door Heijmans Bouw BV uit Rosmalen. Het gebouw wordt gekenmerkt door zijn hoogte en vorm. De top van het gebouw wordt niet voor functionele doeleinden gebruikt.
Door omwonenden wordt geklaagd over een hard fluitend geluid bij harde wind, dat waarschijnlijk veroorzaakt wordt door de openingen in het bovenste gedeelte van de toren. Het gebouw maakt deel uit van een groter plan voor de vernieuwing van een gedeelte van het Haagse centrum. Deze vernieuwing omvat een efficiënter en veelvuldiger gebruik van de schaars beschikbare ruimte in dit gedeelte van de binnenstad, waaronder project De Resident.
Het Mauritshuis is een Rijksmuseum in Den Haag met voornamelijk 17e-eeuwseschilderijen uit de Gouden Eeuw. Er hangen ook enkele topwerken uit de 18e eeuw. Het inmiddels geprivatiseerde en relatief klein museum heeft een wereldberoemde verzameling van in totaal 800 schilderijen, die in het bijzondere interieur goed tot hun recht komen. Ook de buitenkant van het gebouw is de moeite waard; de architectuur is vele malen nagevolgd. Het gebouw aan de Hofvijver behoort tot de Top 100 der Nederlandse UNESCO-monumenten.
Vanaf 1685 was het Mauritshuis een Hotel van Staat: hoge gasten van Staten-Generaal van de Nederlanden zijn destijds daar ondergebracht. In 1704 werd het Mauritshuis door brand zwaar beschadigd. De herbouw werd voltooid in 1720. Op de begane grond is nog iets van de glorie van de gouden feestzaal te herkennen.
Arm Den Haag is een Nederlandstalig lied, gezongen door Wieteke van Dort (in haar rol van Tante Lien), met tekst van Willem Wilmink en muziek van Harry Bannink. De tekst van het lied (uitgesproken met een zogenaamd Indisch accent) refereert aan de gevoelens van verdriet en heimwee dat veel Indische Nederlanders ervoeren na de onafhankelijkheid van Indonesië (door de betrokkenen vaak het verlies van Indië genoemd). Veel Indische Nederlanders voelden zich ontheemd en beroofd van hun moederland. Velen van hen kwamen terecht in Den Haag, dat hierdoor de bijnaam Weduwe van Indië verwierf. Binnen de Indische gemeenschap heeft Arm Den Haag de status van evergreen bereikt.
HYS The Hague is een Nederlandse ijshockeyclub uit Den Haag. De thuiswedstrijden van de club worden gespeeld in De Uithof. Zij komen uit in de hoogste nationale ijshockeycompetitie, de Nederlandse Eredivisie.
Voor het seizoen 2009-2010 waren zij, als Nederlands kampioen, gekwalificeerd voor de in 2008 opgerichte Champions Hockey League, maar voor de start van deze competitie werd deze door de IIHF geannuleerd.
In 1949 én 1950 wint H.H.IJ.C. de West Europa Cup voor de tweede en derde keer, ook wordt in 1949 het toernooi om de Barbanson Beker in Brussel gewonnen. Van 1958 tot 1963 levert Den Haag alle spelers aan het Nederlandse team. In deze tijd worden onder andere een WK-B gehouden in Colorado Springs en Denver, waarin Nederland vierde wordt en een WK-C in Stockholm waar de vijfde plaats behaald wordt.
In 1963 speelt de HIJS HOKY de International Cup (West-Europa Cup) en wint deze, daarnaast wordt gespeeld om de Westfalen Bokaal in Dortmund en ook deze wordt gewonnen.
De Hoftoren is ontworpen door architectenbureau Kohn Pedersen Fox Associates (KPF) in New York, en gebouwd door Heijmans Bouw BV uit Rosmalen. Het gebouw wordt gekenmerkt door zijn hoogte en vorm. De top van het gebouw wordt niet voor functionele doeleinden gebruikt.
Door omwonenden wordt geklaagd over een hard fluitend geluid bij harde wind, dat waarschijnlijk veroorzaakt wordt door de openingen in het bovenste gedeelte van de toren. Het gebouw maakt deel uit van een groter plan voor de vernieuwing van een gedeelte van het Haagse centrum. Deze vernieuwing omvat een efficiënter en veelvuldiger gebruik van de schaars beschikbare ruimte in dit gedeelte van de binnenstad, waaronder project De Resident.
Het oudste station van Den Haag is niet Den Haag Centraal, maar Den Haag Hollands Spoor (HS), dat aan de doorgaande verbinding Amsterdam – Rotterdam ligt en in 1843 geopend werd door de Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij (HSM). Station Den Haag HS aan de Oude Lijn werd net buiten de bebouwde kom aangelegd, op een plek die toentertijd zelfs buiten de gemeentegrenzen lag, op het grondgebied van Rijswijk. In 1870 opende de Nederlandsche Rhijnspoorweg-Maatschappij (NRS) een tweede station voor de verbinding van Den Haag naar Gouda en Utrecht. Dit station kwam aan een andere zijde van de stad te liggen. In 1890 werd de concessie van de Rijnspoorweg ontbonden en overgenomen door de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen (SS), Den Haag Rijnspoor werd omgedoopt in Den Haag Staatsspoor. De benaming Den Haag SS was zo zeer ingeburgerd dat deze naam ook na de Tweede Wereldoorlog werd gehandhaafd, terwijl in andere situaties (bijvoorbeeld postcodes) de combinatie SS angstvallig vermeden wordt.
Dat Den Haag twee grote stations had, is nooit ongunstig geweest voor doorgaande reizigers, dit in tegenstelling tot Parijs en Londen, waar doorgaande reizigers door de stad van het ene naar het andere station moeten gaan.
Het Malieveld is een grasveld in Den Haag, dat vooral bekend is als demonstratieplaats. De grootste massademonstratie, met 550.000 betogers, op 29 oktober 1983, was gericht tegen de plaatsing van nieuwe kernwapens in Nederland.
Oorspronkelijk was het Malieveld onderdeel van het Haagse Bos. Aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog werd echter een deel van het Haagse Bos gekapt om een stadswal rond Den Haag te bouwen. Omdat de Spanjaarden Den Haag bezetten, werd het hout gebruikt door de Spanjaarden in hun verdediging tegen de opstandelingen.
Doordat het die jaren flink regende, spoelde de vruchtbare grond weg en is het bos op de plaats van het Malieveld nooit meer teruggekomen. In 1594 werd daarom besloten het Malieveld (dat nog uit duinen bestond) verder af te graven. Hierdoor ontstond de grasvlakte, die tot op de dag van vandaag bestaat.
Vanaf 1606 werd het grasveld gebruikt om het spel Malie (of Palmalie) te spelen. Dit spel, een voorloper van golf en croquet, was populair onder de Engelse en Franse Adel. Het Malieveld dankt zijn naam aan dit spel.
Rond 1705 werd het Malieveld flink ingekort door de uitbreiding van Den Haag. De Prinsessegracht werd verlengd en werd de nieuwe grens van het Malieveld.
Tegenwoordig doet het Malieveld dienst als plaats voor demonstraties, militaire parades (een traditie van ongeveer 400 jaar) kermissen en festivals zoals de Tong Tong Fair.
Madurodam beslaat 1,77 vierkante kilometer en geeft een beeld van een Nederlandse stad door middel van maquettes van gebouwen uit alle delen van Nederland. Een ziekenhuis en een begraafplaats ontbreken. Sommige maquettes bewegen na inworp van een muntstuk in een muntautomaat.
Madurodam wordt een stad genoemd, maar het omvat veel meer. Het bestaat uit een historische binnenstad, moderne wijken, havengebied, luchthaven, kanalen, wegen, landerijen, natuurgebieden en nog meer. Het is een miniatuurstad 'met een glimlach': veel, soms komische, situaties uit het dagelijkse straatleven worden uitgebeeld.
Voorts zijn er veel bewegende vervoermiddelen zoals: auto's, (rondvaart)boten, vliegtuigen, treinen en trams.
Op het gedeelte tussen de afrit Berkel en Rodenrijs en het knooppunt Kleinpolderplein geldt als maximumsnelheid 80 km/uur, om de geluidsoverlast en luchtvervuiling in de wijk Overschie te beperken. Verder heeft dit gedeelte geen vluchtstrook, zoals wel vaker in of op lange kunstwerken het geval is. Dit gedeelte heeft niet alle kenmerken van een autosnelweg en lijkt wat op een autoweg. Sinds november 2005 geldt een maximumsnelheid van 100 km/uur op de overige wegvakken van de A13.
In april 2007 is een spitsstrook geopend tussen de afrit Berkel en Rodenrijs en de afrit Delft Zuid.
De Koningstunnel ligt naast het Centraal Station van Den Haag en vormt een snelle, ondergrondse verbinding langs het station. Ook is er een ondergrondse afslag naar de Bezuidenhoutseweg. De tunnel is onderdeel van de 'Centrumring' en werd in juli 2000 geopend, nadat in 1996 de bouw van de tunnel werd gestart. De kosten bedroegen 30 miljoen euro.
De verkeerstunnel bestaat uit twee tunnelbuizen van 750 meter en een zijtak van 150 meter. De tunnel werd gemaakt in een open bouwput.
Boven de tunnel ligt een park (de Koekamp), en naast het station liggen boven de tunnel tramsporen en perrons.
Het Zuiderpark Stadion was sinds 1925 de thuisbasis van de voetbalclub ADO Den Haag en daarmee een niet weg te denken onderdeel van de clubgeschiedenis. Omdat de clubleiding echter van mening was dat het Zuiderpark Stadion niet voldeed aan de eisen van de moderne tijd, is ADO van het Zuiderpark verhuisd naar een het nieuwe ADO Den Haag Stadion op het industrieterrein Forepark aan de rand van Den Haag. ADO speelde op 22 april 2007 de laatste wedstrijd in het Zuiderpark tegen FC Groningen. De wedstrijd werd na 50 minuten gestaakt wegens het gedrag van het publiek. De stand was op dat moment 0-3. Het stadion zal worden gesloopt zodat er plaats komt voor woningbouw.
In het begin van juni 2007 begon de gemeente Den Haag met de sloop van het Zuiderpark Stadion. De Oost-, West- en Noordtribune werden als eerste met de grond gelijk gemaakt. Het veld en de Zuidtribune blijven de komende tijd nog als respectievelijk het trainingsveld en het kantorencomplex dienen.
Eigenlijk stond de sloop van het Zuiderpark aan het einde van de zomer van 2007 gepland, maar daar wilde de gemeente niet op wachten. De vergunningpublicaties moesten op dat moment nog komen, waardoor men in theorie nog in beroep kon gaan.
Het is een algemeen ziekenhuis voor de inwoners van de stad Den Haag en de omgeving rondom de stad. De geschiedenis van het ziekenhuis begint in 1865 als de 's Gravenhaagsche Diaconessen-Inrichting wordt opgericht o.a. door Betsy Groen van Prinsterer - van der Hoop. Later is de naam veranderd in Ziekenhuis Bronovo.
De naam Bronovo verwijst naar de eerste besturende zuster van het ziekenhuis; Sara Katharina de Bronovo.
In het Torentje aan het Binnenhof in Den Haag bevindt zich sinds 1982 de werkkamer van de Nederlandse minister-president. Het wordt daarom vaak naar de huidige premier genoemd: Torentje van Balkenende, Torentje van Kok enz. Ook de uitdrukking Torentjesoverleg komt er vandaan.
Ten westen van het Torentje is de Maurits- of Grenadierspoort, die toegang geeft tot het Binnenhof. Recht tegenover het Torentje bevinden zich kantoorruimtes van de Tweede Kamer. Net buiten het Binnenhof kijkt het torentje naar het Mauritshuis. Het torentje is gebouwd in het water van de Hofvijver.
Het achthoekige gebouw aan de Haagse Hofvijver wordt voor het eerst genoemd in een kroniek uit 1354 en dateert vermoedelijk uit de eerste helft van de veertiende eeuw. Aan de rand van het Binnenhof lag het Torentje oorspronkelijk als zomerprieel van de graven van Holland. Het was door middel van een ophaalbruggetje verbonden met de grafelijke tuin. Op de plaats van deze tuin, ten oosten van het Torentje, is later, rond 1640, het Mauritshuis gebouwd, woning van graaf Johan Maurits van Nassau-Siegen. Het Mauritshuis is tegenwoordig in gebruik als museum.
Er wordt veel gewerkt met projectgroepen, die studenten, voor ze de praktijk in gaan, moeten helpen voor te bereiden op de beroepspraktijk. Hoewel dit positieve kanten heeft, wordt dit hevig bekritiseerd vanwege het grootschalige 'meeliften' van veel studenten. Het systeem zou te weinig oog hebben voor serieuze studenten en veel studenten zouden door dit systeem hun diploma halen, terwijl met een meer persoonlijke aanpak ze dit nooit zouden kunnen.
De hogeschool heeft aandacht voor diegenen die de Nederlandse of Engelse taal niet goed machtig zijn. Daarom moeten studenten bij de meeste opleidingen binnen een jaar een toets halen, waarin ze worden getoetst op de grammatica. Doordat veel studenten uit bevolkingsgroepen komen waar taalachterstand vaker voorkomt, halen velen deze toets niet in een keer. Voor diegenen heeft de Haagse Hogeschool aparte medewerkers die deze studenten klaar stomen voor professioneel gebruik van de taal.
In Zuid-Holland is het de grootste school voor hoger beroeps onderwijs, met ongeveer 17.000 leerlingen. Op 1 september 1987 werd de Haagse Hogeschool opgericht, als gevolg van een fusie tussen veertien kleinere instellingen voor hoger beroepsonderwijs in de regio. Sinds 2003 is de Technische Hogeschool Rijswijk ook onderdeel van de Haagse Hogeschool.
Kinderen kunnen lessen volgen over dinosauriërs en een echte dinosauriërtand aanraken, of een rondleiding krijgen langs de collectie fossielen, met als hoogtepunt het skelet van een allosaurus. Ook heeft Museon een groot aantal tekeningen, documenten en voorwerpen die betrekking hebben op de Japanse bezetting van Nederlands-Indië.
Het Museon was oorspronkelijk een schoolmuseum. In het begin van de 20e eeuw vernieuwde het onderwijs en vond men dat er meer visueel les moest worden gegeven. Het eerste schoolmuseum werd in 1904 opgericht in Den Haag. De collectie groeide snel. In 1933 nam de bekende bioloog Niko Tinbergen een fraaie verzameling voorwerpen van de Inuit (Eskimo's) voor het museum mee uit Groenland. Het museum is veel verhuisd, totdat de gemeente in 1985 een eigen gebouw liet neerzetten, een ontwerp van architect W.G. Quist. De naam Museon stamt ook uit 1985.
De gracht werd rond 1620 gegraven als onderdeel van de omgrachting / omsingeling van de stad. Lange tijd werd hij de Noordsingel genoemd.
Na het plotselinge overlijden van prins Willem Frederik Maurits Alexander Hendrik (1843-1850), de tweede zoon van Koning Willem III werd de singel naar de prins vernoemd.
In het begin kon je alleen de Noordersingel oversteken aan het einde van het Noordeinde. Buiten de poort stonden koetsen op klanten te wachten. Meestal gingen die naar de Scheveningseweg. Buiten de singels was laag duinlandschap. Hier stonden molens, er waren weilanden en moestuinen, boerderijen en jachtgronden. Later werd het bolle bruggetje naar de Nassaulaan aangebracht. Dit wordt wel het "bruggetje van Takma" genoemd, naar een van de figuren uit “Van oude mensen, de dingen die voorbijgaan” van Louis Couperus.
De waterloop, aangelegd in de 14e eeuw, was tot de 19e eeuw een belangrijke waterweg voor Den Haag. De gracht liep van de Hofvijver naar de Vliet. Verschillende grachten kwamen uit op het Spui (bv. de Amsterdamse Veerkade en de Bierkade). Tussen 1900 en 1905 werden het Spui en de meeste dwarsgrachten gedempt.
Er staan verschillende gebouwen aan het Spui, zoals de zeventiende-eeuwse Nieuwe Kerk, de Dr. Anton Philipszaal en het Theater aan het Spui, een VVT, Vlakke-vloertheater. In hetzelfde gebouw is het Filmhuis Den Haag gevestigd, waar over het algemeen arthouse-films gedraaid worden.
Het Spui is de bekendste plek voor skateboarders uit de omgeving. Veel skatefilms zijn hier en in de directe omgeving van het Spui opgenomen.
Het Spui is een straat in de Nederlandse Monopoly.
Ypenburg is een wijk van Den Haag, ontwikkeld op de locatie waar zich sinds 1936 het Vliegveld Ypenburg bevond. Nadat het vliegveld op 20 september 1992 was gesloten, werd vanaf 1997 op deze locatie een nieuwe VINEX-woonwijk ontwikkeld voor circa 30.000 bewoners. In 2002 kwam Ypenburg door een door de provincie voorgeschreven gemeentelijke herindeling bij Den Haag, ten koste van delen van de gemeenten Rijswijk, Pijnacker en Nootdorp.
De Haagse Markt is de grootste markt van Nederland in de Haagse wijk Transvaal en volgens de gemeente zelfs de grootste van Europa. Het marktgebied is gelegen aan de Herman Costerstraat, tussen het Hobbemaplein en de Hoefkade. De markt is vier dagen per week geopend: maandag, woensdag, vrijdag en zaterdag.
De markt bestaat uit circa 500 stands. Op een normale marktdag komen er ongeveer 40.000 bezoekers
In 1938 verplaatste men de markt vanuit het Centrum (Prinsegracht) naar de huidige locatie aan de Herman Costerstraat.
De wijk is in de tweede helft van de 19e eeuw gebouwd. Het is een van de armste wijken in Nederland. Zo'n 87% van de 33.123 geregistreerde bewoners is van niet-Westerse afkomst – met name Turks, Surinaams en Marokkaans.
De Schilderswijk is rijk aan verschillende culturen die boven en naast elkaar leven. Er is veel keuze in voedselaanbod in cafés, kleine restaurants, bars en supermarkten. Er is de Haagsche markt en er zijn winkels waarin verschillende culturen hun deur openen om iets nieuws te verkopen, zoals sieraden- en kledingwinkels. Allerlei stedelijke activiteiten liggen op loopafstand van de Schilderswijk. De Haagse binnenstad ligt 5 minuten lopen vanaf de rand van de Schilderswijk. Tram en ander openbaar vervoer zijn te bereiken op 5 tot 10 minuten loopafstand.
Sindsdien bestaat de situatie dat Den Haag twee hoofdstations heeft: Hollands Spoor en Rhijnspoor (later Staatsspoor, thans Den Haag Centraal). De treinen van Amsterdam naar Rotterdam en verder, waaronder de internationale treinen naar Brussel en Parijs, stoppen nog steeds op Den Haag HS en niet op Den Haag Centraal, omdat ze daar zouden moeten kopmaken. Dat doen alleen de nachttreinen.
Het station werd buiten de bebouwde kom aangelegd. Daardoor kwam het station Hollands Spoor te liggen op het grondgebied van Rijswijk (ZH). Een paar jaar later werd dit Haags grondgebied.
Het oorspronkelijke stationsgebouw uit 1843 werd in 1891 vervangen door een nieuw gebouw naar een ontwerp van architect D.A.N. Margadant, dat ook thans nog in gebruik is. Tevens kwam de spoorbaan op een verhoogd niveau te liggen.
Sinds 1893 heeft het station een Koninklijke Wachtkamer, die nog steeds aanwezig is., doch niet meer in gebruik is. Deze typisch 19e eeuwse wachtkamer heeft een eigen luifel links van de hoofdingang.
In 1907 kwam aan de noordzijde een uitbreiding tot stand voor de treinen van de in 1908 geopende Hofpleinlijn naar Rotterdam Hofplein en Scheveningen. In 1975 werd het eindpunt van deze lijn verplaatst naar het nieuwe Centraal Station.
Elektrische treinen kwam in Den Haag HS vanaf 1908, toen de ZHESM-dienst naar Rotterdam Hofplein van start ging. In 1927 werd de treindienst op de Oude Lijn naar Leiden en Rotterdam elektrisch.
In 1989 werd het perrongebouw en een deel van de perronkap door brand verwoest. Het gebouw werd echter in historische staat hersteld.
De Passage in Den Haag is het oudste winkelcentrum van Nederland en werd in 1885 in gebruik genomen door de N.V. 's-Gravenhaagsche Passage Maatschappij, die mede werd gesticht door de bekende Hagenaar Petrus Josephus de Sonnaville (1830-1925), tevens een van de oprichters van het Kurhaus in Scheveningen.
De oorspronkelijke passage uit 1885 loopt van de Spuistraat naar het Buitenhof. In 1929 is de Hofweg toegevoegd aan het wandelgebied. Het oudste gedeelte (de Spuistraat- en Buitenhof-arm) is gebouwd volgens een internationale georiënteerde neorenaissancistische stijl, terwijl het latere deel richting Hofweg in een expressionistische stijl is gebouwd.
Parkpop 1990, tijdens het optreden van Faith No More
Parkpop is een gratis muziekfestival dat jaarlijks plaatsvindt in het Zuiderpark in Den Haag op de laatste zondag van juni. De eerste editie was in 1981 en trok 35.000 bezoekers.
Parkpop is het grootste gratis toegankelijke popfestival van Europa en werd opgezet door John van Vueren, manager van de bands Gruppo Sportivo, Tiq Maya, Bintangs en The Scene en oprichter van theaterbureau Rock in Waterland. Na zijn dood in 1996 nam zijn broer Ben van Vueren de programmering van Parkpop over.
In 1887 werd de Haagsche Tramweg-Maatschappij opgericht. In 1927 kwam de HTM, tot dan toe een particulier bedrijf, grotendeels in handen van de gemeente en ging het bedrijf verder onder de volledige naam "Naamloze Vennootschap Gemengd Bedrijf Haagsche Tramweg-Maatschappij" (GBHTM). In 2002 is deze naam omgezet in "HTM Personenvervoer N.V.", waarbij de letters H, T en M nog steeds staan voor Haagsche Tramweg Maatschappij.
HTM Personenvervoer NV is voor 67% eigendom van de gemeente Den Haag en voor 33% van de NV Haagsche Buurtspoorwegen (de oorspronkelijke HTM). De NV Haagsche Buurtspoorwegen is inmiddels volledig eigendom van de gemeente Den Haag.
De HTM exploiteert 11 Haagse tramlijnen en een groot aantal buslijnen in Den Haag, Rijswijk, Leidschendam-Voorburg en Delft (alleen trams). Het bedrijf had daarvoor in 2002 147 trams en 178 bussen en vervoerde daarmee 125,9 miljoen reizigers (88,2 miljoen per tram en 37,7 miljoen per bus).
De HTM heeft in 2001 Stadsvervoer Dordrecht overgenomen. Samen met Novio heeft HTM Stadsvervoer Nederland opgericht om de landelijke markt te betreden. HTM heeft later alle aandelen verkocht. SVN is nu eigendom van Novio en Volkers Wessels. In augustus 2005 was de gemeente Nijmegen voornemens Novio te verkopen aan de HTM. Deze koop is tegengegaan door Minister Peijs. Dit was reden voor Volkers Wessels om zich terug te trekken als aandeelhouder van Stadsvervoer Nederland.
De HTM exploiteert sinds 29 oktober 2006 het traject Den Haag – Zoetermeer van RandstadRail. In de eerste maand traden diverse kinderziekten aan het licht: slijtage van de rails en twee trams ontspoorden in november, waarbij enkele lichtgewonden vielen. De lijn werd in afwachting van nader onderzoek stilgelegd. Pas op 3 september 2007 is RandstadRail weer naar Zoetermeer gaan rijden voor reizigers, na een zeer langdurig proefbedrijf en veel aanpassingswerkzaamheden.
Cornelia Jacoba Breukhoven-Witteman (Voorburg, 25 juli 1951) is een Nederlands actrice en zangeres die bekend werd onder de naam Vanessa.
Op haar achttiende trouwde Conny Witteman en verhuisde ze met haar echtgenoot naar de Verenigde Staten, waar ze fotomodel werd onder de naam ‘Coco’. Haar huwelijk strandde en omdat haar oudere zus Lidia ernstig ziek was keerde Conny terug naar Nederland. Ze nam haar zus in huis en verzorgde haar tot haar overlijden. Vanessa trouwde met Peter Zulver en ze adopteerden het Colombiaanse meisje Constanza; ook woonde de dochter van haar overleden zus bij haar in. Maar ook dit huwelijk hield niet lang stand. Na deze twee mislukte huwelijken trouwde ze uiteindelijk op 20 november 1987 met Free Record Shop-baas Hans Breukhoven. Samen adopteerden zij drie kinderen.
Het Binnenhof is een gebouwencomplex in het centrum van Den Haag en al eeuwenlang het centrum van de Hollandse en Nederlandse politiek. Den Haag is ontstaan rond het Binnenhof, dat door de geschiedenis heen steeds in veel opzichten het middelpunt van de residentie is geweest. Het Buitenhof is een aangrenzend plein.
Over het ontstaan van het Binnenhof is niets met zekerheid bekend. Het oudste gebouw was een donjon en zou er voor 1230 hebben gestaan; het ligt nu nog onder het Rolgebouw. Volgens een onbewezen theorie zou het terrein van het Binnenhof in 1229 door graaf Floris IV van Holland zijn gekocht.
De Gevangenpoort is een Middeleeuwse gevangenis in Den Haag. Sinds 1882 is in het gebouw een museum is gevestigd. De gevangenpoort ligt dicht bij het Binnenhof en de Hofvijver. Achter de poort ligt wat in Den Haag nu de "Plaats" wordt genoemd. Aan het hoofd van dit plein bevond zich 'het Groene Zoodje'. Dit was de executieplaats.
De gevangenpoort was vanaf ongeveer 1420 tot 1828 de gevangenis van het Hof van Holland, waarin personen die een zwaar misdrijf hadden begaan terecht kwamen. In 1428 maakte Filips de Goede de "voorpoorte van den hove" zoals de poort oorspronkelijk genoemd werd, tot staatsgevangenis. Keizer Karel V bouwde een groot cellencomplex aan de poort vast, en breidde ook het gerechtsgebouw uit.
De verdachten werden in de gevangenpoort gehuisvest in afwachting van het proces. Daarbij werd conform middeleeuwse gebruiken tortuur toegepast. De bekendste gevangene van deze gevangenis was Cornelis de Witt, die niet werd veroordeeld voor meineed. Later werd Cornelis met zijn broer Johangelyncht door "het gepeupel" voor de deur van de Gevangenpoort. Dit alles speelde zich af in het Rampjaar 1672.
Soms zaten de gevangenen met vijftien personen in één cel. De gevangenen moesten hier wachten op hun vonnis, dat bestond uit bijvoorbeeld een boete, verbanning, schandstraf, lijfstraf of de doodstraf. Opsluiting als straf werd pas toegepast sinds de 17e eeuw.
De Ridderzaal is een gebouw in het Binnenhof te Den Haag. Het gebouw dateert uit de 13e eeuw. In de Ridderzaal wordt jaarlijks sedert 1904 de Troonrede uitgesproken door de Koning. Thans gebeurt dat op de derde dinsdag van september, Prinsjesdag.
Over de oudste bouwgeschiedenis van de Haagse Ridderzaal is niet veel bekend. De bouw van de Ridderzaal is begonnen onder graaf Willem II, die als Rooms-koning een representatief bestuurscentrum wilde bouwen. Het is voltooid onder graaf Floris V, vermoedelijk rond 1290. De naam van de architect is onbekend. Het gebouw is in gotische stijl. De naam Ridderzaal is pas in de negentiende eeuw, onder invloed van de romantiek, in gebruik geraakt. Daarvoor werd het de Grote Zaal genoemd.
De buitenmuren van de Ridderzaal hebben een dikte van 1,20 meter. Het dak is een vrije overspanning op 26 meter hoogte. Het dak is 38 meter lang en 17,80 meter breed. In die tijd was dit een volkomen unieke constructie, althans in Nederland.
Oorspronkelijk was de Ridderzaal de feestzaal van het grafelijk kasteel. Bij afwezigheid van de graven werd de Ridderzaal later alleen maar gebruikt als voorportaal van de Rolzaal waar het Hof van Holland zitting hield. In de tijd van de Republiek werd het gebouw voor allerlei andere doeleinden gebruikt, zoals voor verkoop van boeken en om een loterij te houden.
In de 19e eeuw is een aantal bijgebouwen afgebroken. Het houten dak werd in 1860 onder leiding van architect Willem Nicolaas Rose afgebroken en vervangen door een stalen constructie met veel glas. Dit werd twaalf jaar later vervangen door een replica van het originele dak uit de dertiende eeuw. In 1880 zijn tijdens de restauratie door P.J.H. Cuypers het portaal en de twee torenspitsen toegevoegd.
In 1907 werd de Ridderzaal weer in gebruik genomen na een grootscheepse restauratie waarin geprobeerd werd de Ridderzaal weer in oude staat te herstellen. Een van de architecten, rijksbouwmeester C.H. Peters, deed veel onderzoek naar de bouwgeschiedenis.
De Ridderzaal is een rijksmonument. In 1994 en 1995 gebruikte de Eerste Kamer de Ridderzaal als vergaderzaal, tijdens de restauratie van hun eigen vergaderzaal. In 2006 werd de Ridderzaal gerenoveerd. Op 6 september werd het resultaat hiervan gepresenteerd. De inrichting van de Ridderzaal ziet er nu grotendeels weer uit zoals architect Cuypers het in 1904 bedoeld had. Op Prinsjesdag 2006 (19 september) werd het gebouw na de renovatie weer in gebruik genomen.
De Laakhaven in Den Haag (in de gelijknamige wijk Laakhavens) (straatnaam: Neherkade) is in 1900 aangelegd als zijtak van de Haagvliet. Zodoende staat de haven in verbinding met de Vliet tussen Leiden en Delft. De haven ontwikkelde zich tot een belangrijke binnenhaven, maar dat is intussen voorbij. Een deel van de haven doet dienst als passantenhaven.
In 1890 werd Isaac Anne Lindo, ingenieur, door de gemeente Den Haag aangesteld om de grote hoeveelheid plannen voor het aanleggen van havens in Den Haag te coördineren. Onder de plannen vielen het Verversingskanaal, de Zeehaven en het Kanaalplan. In 1894 werd een
begin gemaakt met de grondaankoop en nog hetzelfde jaar werd begonnen met de aanleg van het kanaal.
In 1902 werd het definitief ontwerp voor de Laakhaven en het globaal bestemmingsplan door de gemeenteraad goedgekeurd. In 1928 was de Laakhaven klaar. Nadat het in 1911 voor beurtvaarders verboden werd elders in de stad een ligplaats te hebben, verhuisden ze naar de Laakhaven. In 1918 werd de beurtvaart vrijwel geheel gemotoriseerd. Tot 1960 werd de Laakhaven druk gebruikt, maar daarna werd dit minder, omdat de beurtvaart de concurrentie met de vrachtwagen niet aankon. In 1966 verliet het laatste beurtvaartschip de Laakhaven. In 1967 werd de vaart op Scheveningen gestaakt, en in 1973 kwam een einde aan de vaart op het Westland.
Het Haagse Bos is een bos in de stad Den Haag, dat kadastraal loopt vanaf het Malieveld tot aan de gemeente Wassenaar. Over de oudste geschiedenis is niets meer bekend dan dat het bos er altijd is geweest en een reden was voor de Graven van Holland om er in de 13e eeuw een jachtslot te bouwen: het latere Binnenhof. Uit rekeningen van de graven van Holland blijkt dat dit bos in de 14e, 15e en zelfs nog in de 16e eeuw goed werd onderhouden. In het gedeelte dat het dichtst bij het grafelijk kasteel lag, de Koekamp, werden in 1316 reeds de eerste eiken gepoot. Het Haagse Bos werd ook wel “de Houte” genoemd. Men ziet als belendingen dan ook regelmatig spreken over ten zuiden of ten noorden "De Hout" (of Haagse Hout). Vandaar de wijken Bezuidenhout en Benoordenhout. Het bos is daarna met veel zorg en moeite in stand gehouden. In de 14e en 15e eeuw waren er in het Bos enkele kluizenaars woonachtig, die daar leefden van de giften van de bevolking. Bij een enkele kluizenaar bestond wangedrag, waardoor de kluizen verboden werden. Tegelijkertijd zijn er vanuit die periode al de eerste aanwijzingen bekend van "hoerderij en vleselijke conversatie", waartegen regelmatig werd opgetreden. Het Bos zou door de eeuwen heen, tot op heden aan toe, gebruikt worden als ontmoetingsplaats voor vleselijke contacten, daarbij geen onderscheid makend tussen "natuurlijke en sodomistische".
In het begin van de Tachtigjarige Oorlog werd het Haagse Bos gekapt door de militairen van beide kanten. Zo werd in 1571 een zesde deel van de eiken gekapt om een verdediging te bouwen tegen Spaanse soldaten. Op 16 april 1576 werd bepaald dat niemand meer een boom mocht kappen in het bos en dat het bos niet verkocht mocht worden (de zogenaamde Akte van Redemptie). De Akte van Redemptie is nog steeds van kracht.
Tijden de Franse bezetting werd opdracht gegeven het bos te kappen. Door sabotage en vertragingsacties is dit plan nooit uitgevoerd. Zo duurde het jarenlang voordat het Haagse Bos was opgemeten. Na de Franse bezetting werden de vijvers in het bos aangelegd.
In de Tweede Wereldoorlog werd het Haagse Bos door de Duitsers gebruikt als lanceerplaats voor hun V-1 en V-2-raketten. Een poging van de geallieerden om deze lanceerplaatsen te vernietigen leidde tot het mysterieuze bombardement op het Bezuidenhout.
