Naar inhoud springen

Ovophis

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Ovophis
Ovophis monticola
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Orde:Squamata (Schubreptielen)
Onderorde:Serpentes (Slangen)
Familie:Viperidae (Adders)
Onderfamilie:Crotalinae (Groefkopadders)
Geslacht
Ovophis
Burger, 1981
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Ovophis op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Herpetologie

Ovophis is een geslacht van slangen uit de familie adders (Viperidae) en de onderfamilie groefkopadders (Crotalinae).

Naam en indeling

[bewerken | brontekst bewerken]

De wetenschappelijke naam van de groep werd voor het eerst voorgesteld door Burger in 1981. Er zijn zes soorten, de slangen werden eerder aan andere geslachten toegekend, zoals Lachesis en Trimeresurus.[1]

Uiterlijke kenmerken

[bewerken | brontekst bewerken]

De lichaamslengte varieert sterk, de soort Ovophis tonkinensis bereikt een lichaamslengte van ongeveer 55 centimeter terwijl de soort Ovophis monticola tot 1,25 meter lang kan worden. De staartpunt is niet sterk beweeglijk zoals bij veel andere groefkopadders voorkomt. De kop is driehoekig van vorm en is zowel breed als afgeplat. De kop is hierdoor duidelijk te onderscheiden van het lichaam. De ogen zijn relatief klein en hebben een verticale pupil. De slangen hebben, de soort Ovophis okinavensis buiten beschouwing latend, 21 tot 25 rijen schubben in de lengte op het midden van het lichaam en 127 tot 157 schubben aan de buikzijde. Onder de staart zijn 22 tot 64 staartschubben aanwezig.[2]

De adders zijn 's nachts of in de schemering actief en jagen op kleine zoogdieren, zoals insecteneters en knaagdieren, vogels en hun eieren, hagedissen en kikkers. De vrouwtjes zetten in tegenstelling tot de meeste adders meestal eieren af en zijn niet eierlevendbarend. De jongen worden echter geboren in een zeer dunne eierschaal die binnen korte tijd al wordt verlaten. De soort Ovophis convictus is hierop een uitzondering, bij deze slang komen wel levende jongen ter wereld.[2]

Verspreiding en habitat

[bewerken | brontekst bewerken]

De slangen komen voor in delen van Azië en leven in de landen India, Myanmar, Nepal, Bhutan, China, Laos, Vietnam, Cambodja, Thailand, Taiwan, Maleisië, Japan, Hongkong en Indonesië en mogelijk in Bangladesh.[1] De habitat bestaat voornamelijk uit vochtige tropische en subtropische bossen, zowel in laaglanden als in bergstreken. Ook in door de mens aangepaste streken zoals weilanden en landelijke tuinen kunnen de dieren worden aangetroffen.

Beschermingsstatus

[bewerken | brontekst bewerken]

Door de internationale natuurbeschermingsorganisatie IUCN is aan alle soorten een beschermingsstatus toegewezen. De slangen worden beschouwd als 'veilig' (Least Concern of LC).[3]

Het geslacht omvat de volgende soorten, met de auteur en het verspreidingsgebied.

Naam Auteur Verspreidingsgebied
Ovophis convictus Stoliczka, 1870 Indonesië, Maleisië
Ovophis makazayazaya Takahashi, 1922 China, Taiwan, Vietnam
Ovophis monticola Günther, 1864 India, Myanmar, Nepal, Bhutan, China, Laos, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Hongkong, mogelijk in Bangladesh
Ovophis okinavensis Boulenger, 1892 Japan
Ovophis tonkinensis Bourret, 1934 Vietnam, China, Hongkong
Ovophis zayuensis Jiang, 1977 China

Bronvermelding

[bewerken | brontekst bewerken]