torenen

werkw.

Afbreekpatroon:	to·re·nen
Vervoegingen:	torenden (verl.tijd )
Vervoegingen:	getorend (volt.deelw.)

zich als een toren verheffen;
hoog boven iets uitsteken

Voorbeelden:

`Twee moderne betonnen kernen, die hoog boven het oude gebouw uit torenen, roepen weerstand op.`, `Hij torende boven haar uit.`

Zie ook:

toren

oprijzen   

• 1) Bovenuit steken 2) Hoog boven iets uitsteken 3) Hoog oprijzen 4) Hoog opsteken 5) Oprijzen 6) Uitkomen boven iets 7) Uitsteken 8) Uitstekend 9) Verheffen 10) Zich als een toren verheffen
• 1) Oprijzen 2) Verheffen

Toon uitgebreidere definities

• optorenen

Wat is de verleden tijd van torenen?

De verleden tijd van torenen is 'torenden'. Het voltooid deelwoord is 'getorend'.

Wat betekent torenen?

'zich als een toren verheffen;
hoog boven iets uitsteken'

Hoe spel je torenen?

torenen spel je T O R E N E N

Wat is een ander woord voor torenen?

Een ander woord torenen is oprijzen.

Zoek torenen op Woordenlijst.org
Zoek torenen op Google
Zoek torenen op Wikipedia