kronkelen

werkw.

Uitspraak:	[ˈkrɔŋkələ(n)]
Afbreekpatroon:	kron·ke·len
Vervoegingen:	kronkelde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft, is gekronkeld (volt.deelw.)

in veel bochten bewegen of lopen

Voorbeeld:

`De bergweg kronkelt naar boven.`

Zie ook:

kronkel

slieren   slingeren   twisten   

Hoe kun je met kronkelen een ander begrip versterken?
kronkelen van (de) pijn
Hoe kun je kronkelen krachtiger uitdrukken?
kronkelen als een aal; kronkelen als een paling; kronkelen als een slang;

• beweging of vorm met grillige bochten vb: de weg kronkelde zich door de bergen naar boven hij heeft een rare kronkel [is een beetje gek]
• 1) Allerlei bochten maken 2) Bedisselen 3) Draaien 4) In bochten wringen 5) Kringelen 6) Krinkelen 7) Krommen 8) Krullen 9) Serpenteren 10) Slieren 11) Slingeren 12) Zich in bochten wringen 13) Zich tot kronkels vormen
• 1) Buigen 2) Draaien 3) Kapittelen 4) Kreuken 5) Kringelen 6) Krinkelen 7) Krommen 8) Meanderen 9) Serpenteren 10) Slieren 11) Slingeren

Toon uitgebreidere definities

kronkelen

Wat is de verleden tijd van kronkelen?

De verleden tijd van kronkelen is 'kronkelde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft, is gekronkeld'.

Wat betekent kronkelen?

'in veel bochten bewegen of lopen'

Hoe spel je kronkelen?

kronkelen spel je K R O N K E L E N

Wat is een ander woord voor kronkelen?

Andere woorden voor kronkelen zijn slieren, slingeren en twisten.

Zoek kronkelen op Woordenlijst.org
Zoek kronkelen op Google
Zoek kronkelen op Wikipedia