gooien

werkw.

Uitspraak:	[ˈxojə(n)]
Afbreekpatroon:	gooi·en
Vervoegingen:	gooide (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft gegooid (volt.deelw.)

(iets) met je arm en hand krachtig van je af laten bewegen

Voorbeelden:	`een bal naar iemand gooien`, `de deur dicht gooien`
Synoniem:	werpen
alles eruit gooien	(heftig alles zeggen wat je wilt)
iemand eruit gooien	(iemand uit je huis zetten of uit zijn baan ontslaan)

Zie ook:

gooi

keilen   kieperen   slingeren   smijten   werpen   

• wie in een glazen huis woont moet niet met stenen gooien (=wie schuldig is, moet zich niet laten opmerken)
• te grabbel gooien (=zomaar weggooien, opofferen)
• roet in het eten gooien (=de pret bederven of een plan laten mislukken)
• over de balk gooien (=onnodig geld uitgeven voor zaken die niet nodig zijn)
• olie op het vuur gooien (=een situatie verergeren)
Toon alle 25 spreekwoorden die gooien bevatten

• •het door de lucht verplaatsen van een voorwerp, al dan niet naar een doelwit.
• met een zwaai uit je hand loslaten zodat het ergens anders terechtkomt vb: hij gooide de bal in het net Synoniemen: werpen flikkeren mikken smijten
• [Bargoens, boeventaal] ik heb er alle kienen (sleutels) opgegooid (aangewend).
• 1) Keilen 2) Kiepen 3) Kieperen 4) Kogelen 5) Kwakken 6) Lazeren 7) Mieteren 8) Mikken 9) Patsen 10) Plonzen 11) Slingeren 12) Smakken 13) Smijten 14) Storten 15) Werpen 16) Zwiepen
• 1) Keilen 2) Kieperen 3) Kwakken 4) Lazeren 5) Patsen 6) Slingeren 7) Smakken 8) Smijten 9) Werpen

Toon uitgebreidere definities

• dichtgooien• doodgooien• dooreengooien• het kind met het badwater weggooien• omgooien• opgooien• moddergooien• omhooggooien• overhoopgooien• uitgooien• vergooien• taartgooien• weggooien

gooien (werpen)

1. Schrijf je keilen (= gooien) met ei of ij? Zie keilen / kijlen
2. Waar komt de zegswijze de handdoek in de ring gooien vandaan? Zie De handdoek in de ring gooien
3. Waar komt zijn kont tegen de krib gooien vandaan en wat wordt ermee bedoeld? Zie Zijn kont tegen de krib gooien

Wat is de verleden tijd van gooien?

De verleden tijd van gooien is 'gooide'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gegooid'.

Wat betekent gooien?

'(iets) met je arm en hand krachtig van je af laten bewegen'

Hoe spel je gooien?

gooien spel je G O O I E N

Wat is een ander woord voor gooien?

Andere woorden voor gooien zijn keilen, kieperen, slingeren, smijten en werpen.

Zoek gooien op Woordenlijst.org
Zoek gooien op Google
Zoek gooien op Wikipedia