buigen

werkw.
Uitspraak:  [ˈbœyxə(n)]
Afbreekpatroon:  bui·gen
Vervoegingen:  boog (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gebogen (volt.deelw.)

1) de vorm (van iets) veranderen
Voorbeeld:  `de knieën buigen`
het is buigen of barsten  (je kunt beter een beetje toegeven)

2) (voor iemand) je hoofd en schouders naar beneden doen uit beleefdheid
Voorbeeld:  `voor de koning buigen`

3) niet meer rechtdoor gaan
Verbuigingen:  is gebogen ()
Voorbeeld:  `De weg buigt naar links.`

4)
zich buigen over (iets moeilijks)  (ingespannen denken over) `zich buigen over een probleem` Synoniem: bestuderen

© Kernerman Dictionaries.

Synoniemen
aflopen   bukken   eer betuigen   eerbied tonen   hellen   knikken   krom buigen   krombuigen   krommen   overhellen   toegeven   welven   

Spreekwoorden en zegswijzen
• men moet de boom buigen als die jong is (=goede gewoonten kunnen het beste al jong worden aangeleerd)
• het wordt buigen of barsten (=het ergens op wagen)
• het takje buigen als het nog jong is (=goede gewoonten leert men het beste op jonge leeftijd aan)
• het hoofd buigen (=opgeven - toegeven)
buigen als een knipmes (=zeer onderdanig doen)
Naar de spreekwoorden

Intensiveringen
Hoe kun je buigen krachtiger uitdrukken?
buigen als een knipmes; diep buigen;

6 definities op Encyclo
  • (in de rotatieoffset) Het plooien van de rand van de plaat in een hoek van 90 graden voor de bevestiging in de plaatcilinder.
  • • [ov] krommend vervormen. • [inerg] een buiging maken. • [refl] "zich ~ over": aandacht besteden aan iets.
  • het krom maken vb: hij buigt het ijzer met een tang het is buigen of barsten [als je niet toegeeft zul je daar spijt van hebben] hij boog als een knipmes voor me [hij was...
  • 1) Aflopen 2) Bomberen 3) Bukken 4) Cambreren 5) Duiken 6) Een gebogen houding aannemen 7) Eerbied betonen 8) Hellen 9) Inflecteren 10) Knielen 11) Knikken 12) Knipmessen...
  • krommen Jaar van herkomst: 901-1000 (WPS )
  • Toon uitgebreidere definities

    Deze woorden beginnen met buigen:
    buigen en barstbuigen of barstenbuigen ons overbuigen overbuigen over onsbuigen overzichbuigend groetenbuigendebuigene overbuigensporig

    Deze woorden eindigen op buigen:
    afbuigendoorbuigenneerbuigenombuigenverbuigenvooroverbuigeninbuigenuitbuigenrechtbuigenoverbuigenzich buigenkrombuigenover buigenbijbuigenkrom buigenmeebuigenvoorover buigentoebuigenaf te buigenonverbuigen

    Herkomst volgens etymologiebank.nl
    buigen (krom maken of worden)

    Taaladvies
    1. Wat is het verkleinwoord van buiging: buigingetje of buiginkje? Zie Buigingetje / buiginkje
    2. Wat is juist: `Deze vereniging kan buigen op een lange traditie` of `Deze vereniging kan bogen op een lange traditie`? Zie Bogen / buigen op
    3. Schrijf je nijgen (= buigen) met ei of ij? Zie nijgen / neigen


    Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
    Wat is de verleden tijd van buigen?
    De verleden tijd van buigen is 'boog'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gebogen'.
    Wat betekent buigen?
    'de vorm (van iets) veranderen' en '(voor iemand) je hoofd en schouders naar beneden doen uit beleefdheid' en 'niet meer rechtdoor gaan' en ''
    Hoe spel je buigen?
    buigen spel je B U I G E N
    Wat is een ander woord voor buigen?
    Andere woorden voor buigen zijn aflopen, bukken, eer betuigen, eerbied tonen, hellen, knikken, krom buigen, krombuigen, krommen, overhellen, toegeven en welven.

    Op andere websites
    Zoek buigen op Woordenlijst.org
    Zoek buigen op Google
    Zoek buigen op Wikipedia