bibberen

werkw.
Uitspraak:  [ˈbɪbərə(n)]
Afbreekpatroon:  bib·be·ren
Vervoegingen:  bibberde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gebibberd (volt.deelw.)

beven
Voorbeelden:  `bibberen van de kou`,
`bibberen van angst`

© Kernerman Dictionaries.

Synoniemen
beven   huiveren   klappertanden   kleumen   koulijden   rillen   sidderen   trillen   

Intensiveringen
Hoe kun je met bibberen een ander begrip versterken?
bibberen van angst
Hoe kun je bibberen krachtiger uitdrukken?
bibberen als een juffershondje;

4 definities op Encyclo
  • • [inerg] hevig trillen van kou of angst.
  • snel een klein beetje bewegen vb: we zaten te bibberen van de kou Synoniemen: trillen beven rillen
  • 1) Beven 2) Hevig rillen 3) Huiveren 4) Klappertanden 5) Kleumen 6) Kou lijden 7) Razelen 8) Rillen 9) Rillen van kou 10) Sidderen 11) Sterk beven 12) Trillen 13) Uiting ...
  • rillen Jaar van herkomst: 1794 (Toll. )
  • Toon uitgebreidere definities

    Herkomst volgens etymologiebank.nl
    bibberen (trillen, rillen van kou)

    Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
    Wat is de verleden tijd van bibberen?
    De verleden tijd van bibberen is 'bibberde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gebibberd'.
    Wat betekent bibberen?
    'beven'
    Hoe spel je bibberen?
    bibberen spel je B I B B E R E N
    Wat is een ander woord voor bibberen?
    Andere woorden voor bibberen zijn beven, huiveren, klappertanden, kleumen, koulijden, rillen, sidderen en trillen.

    Op andere websites
    Zoek bibberen op Woordenlijst.org
    Zoek bibberen op Google
    Zoek bibberen op Wikipedia