bekorten
werkw.
Uitspraak: | [bə'kɔrtə(n)] |
Afbreekpatroon: | be·kor·ten |
Vervoegingen: | bekortte (verl.tijd enkelv.) |
Vervoegingen: | heeft bekort (volt.deelw.) |
minder lang laten duren Voorbeeld: | `de wachttijd bekorten` | |
©
Kernerman Dictionaries.
Synoniemen
fnuiken inkorten korter maken verkorten 2 definities op Encyclo
• [ov] de tijdsduur minder lang laten zijn. 1) Afkorten 2) Afsnijden 3) Afzagen 4) Beknibbelen 5) Beknoppen 6) Beknotten 7) Beperken 8) Besnoeien 9) Condenseren 10) Fnuiken 11) Inkorten 12) Inkrimpen 13) Inperken 1...Toon uitgebreidere definitiesVraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van bekorten?
De verleden tijd van bekorten is 'bekortte'. Het voltooid deelwoord is 'heeft bekort'.
Wat betekent bekorten?
'minder lang laten duren'
Hoe spel je bekorten?
bekorten spel je B E K O R T E N
Wat is een ander woord voor bekorten?
Andere woorden voor bekorten zijn fnuiken, inkorten, korter maken en verkorten.Op andere websites
Zoek
bekorten op Woordenlijst.org
Zoek
bekorten op Google
Zoek
bekorten op Wikipedia