gericht bijv.naamw. Uitspraak: [ xəˈrɪxt ] Afbreekpatroon: ge·richt 1) met een bepaald doel Voorbeelden: 'gerichte acties tegen terroristen' , 'De commissie zal gerichte maatregelen op de korte termijn voorstellen.' , 'reclame die op rijke ouderen gericht is' 2) in een bepaalde richting Voorbeeld: 'De lampen staa...
1) Doelgericht 2) Efficiënt 3) Functioneel 4) Gerecht 5) Rechtshandel 1) Doelmatig 2) Gemikt 3) Gerecht 4) Met een bepaald doel 5) Met een bepaalt doel 6) Proces 7) Rechtbank