Academia.eduAcademia.edu

Een nieuwe Muchembled?

2014, Tijdschrift Voor Geschiedenis

violence, une histoire sociale. France, XVIe-XVIIIe siècles (Éditions Champ Vallon ; Seyssel, 2011) 352 p., €27,-ISBN 9782876735453 Het is opvallend dat met de toenemende mondialisering en de groeiende interesse in wereldgeschiedenis tegelijkertijd de aandacht voor niet-Engelstalige geschiedschrijving daalt. Michel Nassiet's sociale geschiedenis van interpersoonlijk geweld in het vroegmoderne Frankrijk maakt duidelijk dat een dergelijke monolinguïstische wetenschap tot een verschraling van de wetenschappelijke kennis kan leiden. Die blindheid voor anderstalige literatuur is overigens geen Angelsaksisch voorrecht, want in de literatuurlijst van Nassiet vallen meteen een aantal hiaten op. Zo verwijst hij slechts naar één publicatie van Pieter Spierenburg, terwijl andere belangrijke Engelstalige auteurs zoals Richard McMahon, Steven Pinker, Randolph Roth en James Sharpe niet eens worden genoemd. Dat is uiteraard jammer, maar het zorgt er ook voor dat Nassiet de lezer een fris perspectief biedt op de geschiedenis van interpersoonlijk geweld in Europa.

Een nieuwe Muchembled? Michel Nassiet, La violence, une histoire sociale. France, XVIe-XVIIIe siècles (Éditions Champ Vallon ; Seyssel, 2011) 352 p., €27,- ISBN 9782876735453 Het is opvallend dat met de toenemende mondialisering en de groeiende interesse in wereldgeschiedenis tegelijkertijd de aandacht voor niet-Engelstalige geschiedschrijving daalt. Michel Nassiet’s sociale geschiedenis van interpersoonlijk geweld in het vroegmoderne Frankrijk maakt duidelijk dat een dergelijke monolinguïstische wetenschap tot een verschraling van de wetenschappelijke kennis kan leiden. Die blindheid voor anderstalige literatuur is overigens geen Angelsaksisch voorrecht, want in de literatuurlijst van Nassiet vallen meteen een aantal hiaten op. Zo verwijst hij slechts naar één publicatie van Pieter Spierenburg, terwijl andere belangrijke Engelstalige auteurs zoals Richard McMahon, Steven Pinker, Randolph Roth en James Sharpe niet eens worden genoemd. Dat is uiteraard jammer, maar het zorgt er ook voor dat Nassiet de lezer een fris perspectief biedt op de geschiedenis van interpersoonlijk geweld in Europa. Met deze studie van interpersoonlijk geweld doorheen de vroegmoderne periode op basis van remissiebrieven begeeft Nassiet zich in de voetsporen van Robert Muchembled, maar in tegenstelling tot deze laatste verklaart hij de langetermijndaling van geweld niet aan de hand van Nobert Elias’ civilisatiemodel. Nassiet gelooft niet dat de vroegmoderne staat of het vorstelijke hof verantwoordelijk waren voor de afname van gewelddadig gedrag. Emile Durkheims werk biedt volgens hem betere aanknopingspunten om dit proces te begrijpen. Niet staatsvorming maar individualisering is vanuit dat perspectief de reden waarom geweld in Europa doorheen de vroegmoderne periode afnam. Op zijn beurt werd die individualisering aangedreven door de opkomst van het protestantisme en de overgang naar een individueel bewustzijn. Essentieel daarbij is het dalend belang van de familie en de toenemende ruimte voor individuele keuzes. In een aantal hoofdstukken beschrijft Nassiet zo hoe het laatmiddeleeuwse Europa werd gekenmerkt door een sterk collectief bewustzijn. In navolging van Max Weber schetst hij vervolgens hoe dit collectivisme als gevolg van de opmars van het protestantisme werd vervangen door een groeiend individualisme. Met verschillende voorbeelden uit de gerechtelijke archieven maakt Nassiet duidelijk dat dit een nieuwe ingesteldheid was die invloed had op alle domeinen van het maatschappelijke leven. Voortaan zouden niet groepen, maar individuen verantwoordelijk worden gesteld voor hun eigen zielenheil én voor hun daden. Nassiet wijst er echter op dat dit individualisme ook binnen de katholieke Kerk gemeengoed werd vanaf de zeventiende eeuw. Religieuze ontwikkelingen hadden echter niet alleen een pacificerende invloed op de samenleving. De godsdienstoorlogen van de tweede helft van de zestiende eeuw waren volgens Nassiet een motor voor allerlei conflicten. Als gevolg daarvan nam het geweld in de samenleving tijdelijk toe. De belangrijkste factor voor de daling van interpersoonlijk geweld was volgens Nassiet echter het afnemende belang van de familie. Dat was echter geen lineaire ontwikkeling want aan het einde van de middeleeuwen nam het belang van de familie nog sterk toe. Zowel de opkomst van gedeelde familienamen als de verspreiding van een strengere seksuele moraal versterkte de familiale identeit. Door de versterking van het monogame huwelijk won een wettige afstamming aan betekenis. Verwijten over iemands seksuele levenswandel of zijn afstamming gaven daarom aanleiding tot het ontstaan van heel wat conflicten. De dwang van de familie was groot en krenkingen van één van de leden moest met geweld door andere leden van de groep worden gewroken. Het patriarchale gezag was dan ook dominant in deze periode en werd nog versterkt door de aanpak van clandestiene huwelijken. Toch zou de slinger in de zestiende eeuw omslaan en bevrijdde het individu zich van de druk van de familie. Op termijn zou het huwelijk op basis van liefde het immers halen van het gearrangeerde huwelijk onder druk van de familie. Die evolutie vergrootte de individuele keuzevrijheid en ondergroef de dwang van de familiale eer. Nassiets betoog over de veranderingen in de structuur van de familie en de bijhorende eercultuur vormen het belangrijkste stuk van het boek. Verschillende passages bieden interssante 1 nieuwe inzichten. Zo wijst hij op de vervanging van de associatie tussen familie en bloed door die tussen familie en naam. Andere gedeeltes van het boek zijn echter langdradig omdat ze de bestaande kennis over de rol van vrouwen in de familie herkauwen. Verder had het boek aan scherpte gewonnen als de auteur de meer Angelsaksische literatuur had verwerkt. Zo valt de afwezigheid op van het werk van Julia Adams (over patriarchie) en Robert Shoemaker (over de wijzigende eercultuur). Op dat vlak kan Nassiet nog wel wat leren van zijn collega Muchembled die daar in zijn Une histoire de la violence uit 2008 toch veel beter in is geslaagd. De belangrijkste verdienste van Nassiet is echter dat hij een alternatief biedt voor het dominante verklaringsmodel van Norbert Elias. Nassiet is zeker niet de enige – en al evenmin de eerste – die zijn inspiratie haalt bij Durkheim, maar zijn boek biedt wel één van de meest systematische pogingen om de langetermijndaling van geweld te verklaren met de overgang van collectivisme naar individualisme. Toch is Nassiet niet voor één gat te vangen, want hij erkent evengoed dat de staat een cruciale rol vervulde bij de pacificering van de adel in het leger en de oprichting van lagere rechtbanken. Bovendien blijkt uit zijn aandacht voor toenames van geweld doorheen de vroegmoderne periode dat hij al evenmin gelooft in lineaire verklaringsmodellen. Kortom, het lezen van Nassiets La violence, une histoire sociale is een echte verrijking voor het veld. Door Nassiet de nieuwe Muchembled te noemen, zouden we hem dan ook te weinig eer aandoen. 2