Naar inhoud springen

Jom Jeroesjalajiem

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Yom Jerusalem)
Het vieren van Jom Jeroesjalajiem in de Jaffatraat te Jeruzalem in 2007.
Het vieren van Jom Jeroesjalajiem in de Jaffatraat te Jeruzalem in 2015.

Jom Jeroesjalajiem (Hebreeuws: יום ירושלים) is een nationale Israëlische feestdag en betekent letterlijk "Jeruzalemdag". Jaarlijks wordt op deze nationale feestdag gevierd dat Oost-Jeruzalem inclusief de Oude Stad middels de Zesdaagse Oorlog van 1967 in Israëlische handen viel. Voor die tijd was Jeruzalem verdeeld in een westelijk, Israëlisch deel (Yerushalayim) en oostelijk, Jordaans deel (Al-Quds). Daartussen lag een afscheiding, middels hekken en barricades. Nadien werden alle afscheidingen verwijderd. In het Nederlands wordt deze dag ook wel Eenwording van Jeruzalem genoemd. Een deel van de internationale gemeenschap erkent de in 1980 volgende Israëlische annexatie van Oost-Jeruzalem niet. Op 23 maart 1998 keurde de Knesset de Jeruzalemdagwet goed, waardoor de dag een nationale feestdag werd.

Op 7 juni 1967 gaf minister van Defensie Moshe Dayan de volgende verklaring, die tijdens Jeruzalemdag vaak wordt geciteerd: Vanochtend heeft het Israëlische leger Jeruzalem bevrijd. We hebben Jeruzalem, de verdeelde hoofdstad van Israël, verenigd. We zijn teruggekeerd naar de heiligste van onze heilige plaatsen, om er nooit meer afstand van te doen. Naar onze Arabische buren reiken wij, ook op dit uur – en met extra nadruk op dit uur – onze hand in vrede. En aan onze christelijke en islamitische medeburgers beloven wij plechtig volledige religieuze vrijheid en rechten. We zijn niet naar Jeruzalem gekomen ter wille van de heilige plaatsen van andere mensen, en niet om de aanhangers van andere geloofsovertuigingen te hinderen, maar om het geheel ervan te beschermen en daar samen met anderen in eenheid te leven.

Jom Jeroesjalajim valt ieder jaar op 28 iar (in de maand mei of juni). Vanwege de gevoeligheid van het onderwerp (Jeruzalem) roept de dag veel weerstand op bij Palestijnen. Geregeld worden Joden aangevallen tijdens of rond de datum van het feest.[1][2][3][4] In 2011 riepen rechts-extremistische Joden provocerende teksten, zoals 'Slacht de Arabieren!', waarna schermutselingen ontstonden met Arabieren en de politie.[5]

In 2022 besloot de regering Bennett, in tegenstelling tot 2021, de jaarlijkse mars door te laten gaan langs de traditionele route, dwz dwars door het Palestijnse deel van het oude stadscentrum. Voor de gelegenheid werden een paar duizend politieagenten opgeroepen. Uiteindelijk liepen een geschatte 50.000 zingende, dansende, voor het merendeel jonge nationalistische Joden met vlaggen door Jeruzalem/Al Quds. Honderden van hen baanden zich een weg naar het plein van de Haram al-Sharif en de Al-Aqsamoskee, waar tot 1950 jaar geleden de Joodse Tempel gestaan heeft. De gewone anti-Arabische slogans werden geroepen en het kwam tot gevechten met Palestijnen. 62 van hen raakten gewond, 23 moesten in het ziekenhuis worden behandeld[6]. Vijf Israëlische agenten zouden gewond zijn geraakt. Premier Bennett verdedigde het besluit deze route te nemen: het gaat om onze soevereiniteit. Volgens hem had de menigte zich goed gedragen, op kleine groepjes van "Lehava" (Meir Kahane) en "La Familia" (voetbalsupporters) na[7].

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie de categorie Yom Yerushalayim van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.