Beenvlies
Beenvlies | ||||
---|---|---|---|---|
Periost | ||||
1=huid, 2=aponeurose, 3=beenvlies, 4=schedel,
5=hersenvliezen: 6=hard hersenvlies, 7=spinnenwebvlies, 8=zacht hersenvlies | ||||
Synoniemen | ||||
Latijn | Periosteum[1][2][3] Periosteon[4] | |||
Oudgrieks | Περιόστεον[2][6] | |||
|
Het beenvlies of periost is de zeer pijngevoelige en bloedvatenrijke buitenbekleding van botweefsel.
Via de vezels van Sharpey is het beenvlies verbonden met het bot. Deze verbinding is des te sterker op plekken waar een spier is verbonden met het botstuk. De binnenste laag van het beenvlies bevat botvormende (osteoblasten) en botafbrekende cellen (osteoclasten) die waar het nodig is het bot extra stevig maken, en waar het niet nodig is het bot weer afbreken.
Zie ook
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ a b c Schreger, C.H.Th.(1805). Synonymia anatomica. Synonymik der anatomischen Nomenclatur. Fürth: im Bureau für Literatur.
- ↑ a b Kraus, L.A. (1844). Kritisch-etymologisches medicinisches Lexikon (Dritte Auflage). Göttingen: Verlag der Deuerlich- und Dieterichschen Buchhandlung.
- ↑ Federative Committee on Anatomical Terminology (FCAT) (1998). Terminologia Anatomica. Stuttgart: Thieme
- ↑ Lewis, C.T. & Short, C. (1879). A Latin dictionary founded on Andrews' edition of Freund's Latin dictionary. Oxford: Clarendon Press.
- ↑ a b c Castelli, B. & Bruno, J.P (1713). Lexicon medicum Graeco-Latinum. Leipzig: F. Thomas
- ↑ a b c d e f g h i j k Hyrtl, J. (1880). Onomatologia Anatomica. Geschichte und Kritik der anatomischen Sprache der Gegenwart. Wien: Wilhelm Braumüller. K.K. Hof- und Unversitätsbuchhändler.
- ↑ a b Siebenhaar, F.J. (1850). Terminologisches Wörterbuch der medicinischen Wissenschaften. (Zweite Auflage). Leipzig: Arnoldische Buchhandlung.
- ↑ a b c d Fonahn, A. (1922). Arabic and Latin anatomical terminology. Chiefly from the Middle Ages. Kristiania: Jacob Dybwad.
- ↑ Liddell, H.G. & Scott, R. (1940). A Greek-English Lexicon. revised and augmented throughout by Sir Henry Stuart Jones. with the assistance of. Roderick McKenzie. Oxford: Clarendon Press.
01-02-2006