Naar inhoud springen

Polypodiopsida

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Filicopsida)
Polypodiopsida
Gewone eikvaren
(Polypodium vulgare)
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Clade:Tracheophyta (Vaatplanten)
Clade:Euphyllophyta
Klasse
Polypodiopsida
Cronquist, Takht. & Zimmerm. (1966)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Polypodiopsida op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

Polypodiopsida, ook wel Monilophyta, is de klasse die alle 'echte' varens omvat. Het is de grootste en meest gediversifieerde klasse van de varenachtigen.

In het PPG I-systeem van 2016 omvat de klasse vier onderklassen, elf ordes met 48 families en ongeveer 10 578 recente soorten. De Polypodiopsida vormen een zustergroep van de Spermatophyta (zaadplanten) binnen de Euphyllophyta.[1]

Bijna een derde deel van de soorten hebben een epifytische levenswijze en komen enkel voor in subtropische en tropische streken. Het grootste deel van de in België en Nederland inheemse varens behoort tot de onderklasse Polypodiidae (leptosporangiate varens).

De klasse Lycopodiopsida (Lycopsida) (wolfsklauwen en verwanten) worden niet tot de echte varens gerekend.[1]

  • Synoniemen: Pteridopsida, Filicopsida, Monilophyta

De botanische naam Polypodiopsida is afgeleid van de naam van het geslacht Polypodium (eikvaren).

Sporenhoopjes of sori op de onderzijde van het blad bij de zeestreepvaren (Asplenium marinum)
Sporendoosjes of sporangia met annuli (de wormvormige structuren)

Polypodiopsida zijn planten die zich verspreiden door middel van sporen, wat ze gemeen hebben met de Lycopsida (waaronder de wolfsklauwen). Ze hebben een zeer duidelijke generatiewisseling. De sporofyten bezitten goed ontwikkelde wortels, stengels en macrofyllen (bladen met vertakte nerven) en een uitgebreid systeem van vaatbundels. De gametofyt is in veel gevallen groen, hartvormig, eenvoudig gebouwd en thalleus, en bestaat dan uit een enkel laagje cellen, waarop de voortplantingsorganen groeien: de mannelijke antheridia (dat de zaadcellen vormt) en de vrouwelijke archegonia (dat een eicel vormt).

De bladen zijn alle van gelijke vorm (monomorf) of dimorf, meestal één- of meermaals geveerd. Ze staan spiraalsgewijs ingeplant rond een rizoom, die kan uitgroeien tot een schijnstam die bij de boomvarens (Cyatheales) tot 20 m hoog kan worden.

De sporangia (sporendoosjes) zijn meestal gegroepeerd in sori (sporenhoopjes) op de onderzijde van het blad, op specifieke, speciaal gevormde delen van het blad (sporofoor), of op gespecialiseerde bladen (sporofyllen). Slechts zelden zijn ze ongegroepeerd te vinden.

De sporangia ontstaan uit één enkele epidermale cel, in tegenstelling tot de eusporangiate varens waarbij de sporangiën uit een groep van cellen ontstaan. De sporangia worden in het algemeen afgedekt door een al dan niet sterk gereduceerd indusium (dekvliesje). De meeste leptosporangiate varens bezitten een annulus, een verticale lijn van bijzondere, verdikte cellen van de sporangiumsteel tot de top, die een rol speelt bij het openen van het sporendoosje.

De meeste leptosporangiate produceren, vergeleken met de primitievere eusporangiate soorten, slechts een beperkt aantal sporen per sporangium. De sporen zijn zelden groen. Met uitzondering van de Salviniales zijn de overige Polypodiopsida isospore planten, waarbij alle sporen dezelfde grootte hebben.

De gametofyten zijn meestal zelfstandige, fotosynthetiserende planten die op de grond groeien, behalve bij de Salviniales, waar ze zich ontwikkelen in de sporewand van de macro- en microsporen.

PPG I-systeem

[bewerken | brontekst bewerken]

In 2016 publiceerde de Pteridophyte Phylogeny Group op grond van de tot dan toe beschikbare kennis het PPG I-systeem ("PPG I"), dat bestond uit een classificatie voor recente varens en verwanten. PPG I-systeem omvat alleen de bestaande (levende, niet fossiele) soorten van de klassen Lycopodiopsida en Polypodiopsida. De classificatie is tot op het niveau van orde uitgewerkt.

PPG I (2016) Fylogenetische classificatie van recente varens
  • Volgens de iets oudere classificatie van Smith et al. (2006)[2], gebaseerd op DNA-onderzoeken op verschillende genen van deze planten, zijn de Polypodiopsida een zustergroep van de Psilotopsida, de Equisetopsida en de Marattiopsida, en vormen ze samen de clade Monilophyta, de zustergroep van de Spermatophyta (zaadplanten).

    De stamboom van de Monilophyta zou er als volgt kunnen uitzien:

    In onderstaand cladogram wordt de plaats van de varens aangegeven:

    Fylogenetische stamboom van de Tracheophyta, vaatplanten
    een polyfyletische groep
    wordt ook gerekend tot polyfyletisch groep