Naar inhoud springen

Hanenkam (zwam)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Dooierzwam)
Hanenkam (zwam)
Hanenkam (zwam)
Taxonomische indeling
Rijk:Fungi (Schimmels)
Stam:Basidiomycota
Klasse:Agaricomycetes
Orde:Cantharellales
Familie:Cantharellaceae
Geslacht:Cantharellus
Soort
Cantharellus cibarius
Fr. (1821 [1])
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Hanenkam (zwam) op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Schimmels

De hanenkam of cantharel (Cantharellus cibarius) is een paddenstoel uit de familie Cantharellaceae. De soort wordt ook 'dooierzwam' of 'girolle' genoemd. Het is een eetbare paddenstoel met een licht peperachtige smaak.

De 3-10 cm brede hoed van de hanenkam is in de jeugd convex, later trechtervormig met een wat ingerolde rand. De kleur van de hoed varieert van wittig tot dooiergeel en zelfs oranje. De dooiergele lijsten aan de onderkant van de hoed zijn onregelmatig gevorkt en lopen ver op de steel af. De 3-8 cm lange steel heeft de kleur van de hoed en wordt naar beneden smaller. Het witte vlees heeft de geur van abrikozen.

De hanenkam komt tegenwoordig veel minder voor dan in het verleden, wellicht door overmatig verzamelen. Op zure zandgrond is hij vrij algemeen in naald- en loofbossen bij den, eik, beuk en berk van juni tot oktober. De soort komt voor in Azië, Noord-Amerika, Europa en Australië.

In Nederland komt de hanekam algemeen voor. Hij staat op de Rode Lijst in de categorie 'Gevoelig'.[2]

De hanenkam is een geliefde paddenstoel door zijn pepersmaak, zijn lange houdbaarheid en goede herkenbaarheid. Verwisseling kan plaatsvinden met de valse hanenkam (Hygrophoropsis aurantiaca), die onsmakelijk, maar niet giftig is. In het zuiden van Europa groeit de sterk gelijkende lantaarnzwam (Omphalotus illudens) - zo genoemd omdat hij bioluminiscentie vertoont - die wel vergiftiging kan veroorzaken. In tegenstelling tot de meeste andere eetbare paddenstoelen kan de hanenkam niet gedroogd bewaard worden. Ingevroren kan hij enige maanden bewaard worden, als hij vers geplukt en gereinigd is.