Wilhelmus Jacobus Mattheüs Christianus Friesen
Wilhelmus Jacobus Mattheüs Christianus Friesen[1] (Grave, 28 november 1846 - Grave, 12 februari 1923) was burgemeester van Grave en een katholiek Tweede Kamerlid voor een periode.
Wilhelmus Jacobus Mattheüs Christianus Friesen | ||||
---|---|---|---|---|
Algemeen | ||||
Geboren | Grave, 28 november 1846 | |||
Overleden | Grave, 12 februari 1923 | |||
Partij | Rooms-Katholieken | |||
Religie | Rooms-Katholiek | |||
Functies | ||||
1885-1921 | lid gemeenteraad van Grave | |||
1885-1918 | burgemeester van Grave | |||
?1888 | heemraad dijk- en polderbestuur van Mars en Wijth | |||
1901-1905 | lid Tweede Kamer der Staten-Generaal | |||
|
Friesen was een zoon van de koopman Rudolph Christianus Friesen en Dorothea Adriana Hanssen. Hij was koopman/houthandelaar in Grave, en daarna decennialang burgemeester van Grave (1885-1918).[2] Toen in 1901 Jan Harte van Tecklenburg zijn plek als verkozen lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal niet innam vanwege zijn benoeming tot Minister van Financiën, werd Friesen in de naverkiezingen waar hij enig kandidaat was, gekozen. In de Kamer deed hij weinig van zich spreken, en voerde hij vooral drie keer het woord over zaken met betrekking tot Grave en Noordoost-Brabant. In 1905 stelde hij zich niet herkiesbaar.
Hij trouwde in 1876 met Maria Jacqueline Cornelia Wilhelmina Schreuder. Hij had één, buitenhuwelijks, kind.
De informatie op deze pagina, of een eerdere versie daarvan, is geheel of gedeeltelijk afkomstig van www.parlement.com. Overname was tot 1 februari 2016 toegestaan met bronvermelding.
- ↑ Wordt ook wel gespeld als Friezen. Hij schreef echter zelf Friesen, en ondertekende daar ook mee.
- ↑ Citaat uit de raadsvergadering 14 december 1918: "Aan het einde dezer vergadering deelt de Burgemeester mede, dat hem, op zijn verzoek met ingang van 15 december eervol ontslag als zoodanig is verleend en neemt afscheid van deze vergadering"