In 2007 nam Dopheide deel aan de Europese jeugdkampioenschappen in Hengelo. Ze werd achtste op de 4 × 400 m estafette. De wedstrijd werd gewonnen door de Russische estafetteploeg met een tijd van 3.33,95. Haar internationale doorbraak beleefde ze in 2011 bij de Europese kampioenschappen voor neo-senioren in het TsjechischeOstrava. Met een tijd van 23,32 s behaalde ze een vierde plaats op de 200 m. Doordat later bleek dat de OekraïenseDarja Pizjankova, die de wedstrijd won, verboden middelen had gebruikt, schoof ze op naar de bronzen positie.[2]
In 2012 begon Dopheide zich mede te richten op de kortere sprintafstanden. Na een succesvol NK in Amsterdam, waar zij naast een bronzen medaille op de 200 m, op de 100 m zelfs een tweede plaats afdwong achter winnares Dafne Schippers, werd zij als reserve van de 4 × 100 m estafetteploeg uitgezonden naar de Europese kampioenschappen in Helsinki, waar zij in de series in actie kwam, omdat de basisloopsters Jamile Samuel en Dafne Schippers, die beiden tevens de finale van de 200 m hadden bereikt, werden gespaard. In de samenstelling van Esther Akihary, Marit Dopheide, Eva Lubbers en Kadene Vassell slaagde het Nederlandse viertal erin, overigens geholpen door de diskwalificaties van de ploegen van Groot-Brittannië en Zweden, om zich als vierde in 43,80 te plaatsen voor de finale. Hierin wisten Kadene Vassell, Dafne Schippers, Eva Lubbers en Jamile Samuel in de Nederlandse recordtijd van 42,80 de zilveren medaille te veroveren. Tevens bereikte de Nederlandse ploeg hiermee een plek in de top twaalf van de wereldranglijst op de 4 × 100 m estafette, wat kwalificatie opleverde voor de Olympische Spelen in Londen. Daar werd zij samen met Esther Akihary, net als in Helsinki, als reserve toegevoegd aan het Nederlandse team. In Londen kwam zij echter niet in actie.
Zowel in 2015 als in 2016 won zij de belangrijkste onbelangrijke wedstrijd van het jaar: de KlimduinRun te Schoorl De tijd van 28.84 uit 2015 is het 'baanrecord' voor de vrouwen.[3]