Consuminderen
Consuminderen is een neologisme dat aan het einde van de 20ste eeuw de zijn intrede deed in het Nederlands taalgebied en dat staat voor minder consumeren.
Etymologie
bewerkenDe term is een porte-manteauwoord waarin de woorden consumeren en minderen (hoewel meren niet de betekenis heeft van vermeerderen) werd gecombineerd tot dit neologisme.
Ontstaansgeschiedenis
bewerkenHet begrip consuminderen werd in 1972 voor het eerst gebruikt door Henrik de Groot in zijn column "Er zit een luchtje aan" als redactiesecretaris van het maandblad M.D. van Milieudefensie (1ste jaargang nr. 3, september 1972): „Sprookje: er was eens een consumens die zijn consumentaliteit wilde veranderen. Hij hield op met consumeren. Consuminderen werd zijn devies, dat door velen werd nagevolgd...”.
In 1990 kreeg het woord nieuwe aandacht door Herman Verheij, beleidsmedewerker bij het ministerie van VROM. Hij gebruikte het woord voor een inleiding aan de Rijksuniversiteit Groningen.[1]
Het consuminderen is een reactie op de consumptiemaatschappij die zich in de tweede helft van de jaren '90 van de 20e eeuw door een economische hausse sterk deed gelden. In die jaren bloeide de Nederlandse economie weer op en leek het iedereen voor de wind te gaan. In Nederland werd het onder andere gepropageerd door het echtpaar Rob van Eeden en Hanneke van Veen, via hun Vrekkenkrant[2] (1992-1996) en de stichting Zuinigheid met Stijl. Hieruit ontstond in maart 1997 het 'non glossy' lifestyle magazine Genoeg. Verder gebruikte oa. Solidaridad Nederland de term in 1992 voor hun campagne rond milieu en ontwikkeling.[3][4]
Actievormen
bewerkenDe weggeefwinkels in Nederland en België zijn een initiatief om de verspilling in de Westerse consumptiemaatschappij aan de kaak te stellen. Tijdens de jaarlijkse Niet-Winkeldag die in een aantal landen wordt gehouden wordt in de vorm van (ludieke) acties de zinloosheid van het "meer-meer-meer"-consumeren aan de orde gesteld. Ook Het Uur der Aarde op 28 maart is een poging om een bijdrage te leveren aan verminderde consumptie in termen van energiebesparing en uitstootbeperking.
Literatuur
bewerken- Consuminderen met kinderen, in tijden van overvloed, Marieke Henselmans, 1999[5]
- Dat doen we zelf wel! Eenvoudig leven met Teunie, Teunie Luijk-Bakker, 2010[6]
- Stuffocation: living more with less, James Wallman, 2013[7]
Zie ook
bewerkenReferenties
bewerken- ↑ Marc De Coster Neerlandia/Nederlands van Nu. Jaargang 112 (2008) bladzijde 43. Gearchiveerd op 31 mei 2023.
- ↑ Martine Kamsma ‘Geld overhouden geeft iedereen een kick’ 12 april 2019 NRC Handelsblad. Gearchiveerd op 28 mei 2022.
- ↑ Consumeren? Consuminderen! | gedrukt boek | Bibliotheek.nl. www.bibliotheek.nl. Gearchiveerd op 18 juni 2023. Geraadpleegd op 5 juli 2022.
- ↑ 50 jaar Solidaridad: Van sociale rechtvaardigheid tot duurzame oplossingen. Solidaridad (26 maart 2019). Gearchiveerd op 22 januari 2021. Geraadpleegd op 5 juli 2022.
- ↑ Marieke Henselmans (1999). Consuminderen met kinderen : in tijden van overvloed. Zuinigheid met Stijl, Den Haag. ISBN 90-74613-03-9.
- ↑ Teunie Luijk-Bakker (cop. 2010). Dat doen we zelf wel! : eenvoudig leven met Teunie. De Banier, [Apeldoorn]. ISBN 978-90-336-0920-6.
- ↑ James Wallman (2013). Stuffocation : how we've had enough of stuff and why you need experience more than ever. Crux Publishing, [United Kingdom]. ISBN 978-1-909979-00-0.